Mijlpaal Defensie met minister op Gay Pride
AMSTERDAM - De Gay Pride in Amsterdam kent zaterdag een primeur.
Voor het eerst vaart de minister van Defensie, Jeanine Hennis-Plasschaert, mee tijdens de botenparade door de grachten van de hoofdstad. Een absolute mijlpaal noemt de Stichting Homosexualiteit en Krijgsmacht (SHK) dit. De organisatie strijdt al een kwart eeuw voor acceptatie van homoseksuelen, lesbiennes en transgenders binnen alle Defensie-geledingen.
“Dit is een heel belangrijk signaal aan de hele samenleving”, vindt woordvoerder Peter Kees Hamstra van SHK. “Defensie staat voor een veilige land en een veilige wereld. Maar dat moet natuurlijk ook gelden voor homoseksueel personeel. Minister Hennis draagt hiermee openlijk uit dat homo's zich bij haar ministerie veilig moeten voelen."
Het is overigens niet zo dat discriminatie bij Defensie erger is dan op andere werkplekken, nuanceert Hamstra. “Uit alle onderzoeken blijkt dat een derde van alle volwassen homo's op hun werk niet uit de kast durft te komen. In theorie moet iedereen bij Defensie zich veilig voelen om zijn seksualiteit. Maar er zijn nog genoeg hoekjes te vinden binnen de krijgsmacht waar dat soort tolerantie alles behalve vanzelfsprekend is.” Het grote verschil blijft ook dat homo's hun anders-zijn kunnen verbergen, in tegenstelling tot bijvoorbeeld vrouwen of donkere mensen, die ook nog steeds een minderheid vormen binnen het leger.
Bovendien opereert de SHK de afgelopen jaren ook steeds meer op internationaal niveau. Nederland is sinds kort voorzitter van een informele NAVO-werkgroep die zich hard maakt voor acceptatie van LHBT binnen de legers van alle NAVO-landen. “Je wordt er niet gelukkig van als je ziet hoe de onderdrukking van homo's in veel landen de afgelopen jaren weer is toegenomen”, verzucht Hamstra. “En ook in Nederland is de strijd nog lang niet gestreden. Ik hoor vaak jongeren heel ongenuanceerde dingen roepen over homoseksuelen. Daar moet je denk ik beginnen, want zij zijn over tien jaar de collega's waar homo's en lesbiennes zich gewoon geaccepteerd bij moeten kunnen voelen.”