Pijnlijk verlies deert Dortmund niet

Dat was na de zege op Zenit in Sint-Petersburg (4-2) geen verrassing meer. Thuis in de 'Kohlenpott' werd woensdagavond met 1-2 verloren. Pijnlijk, maar de Duitsers konden zich dat permitteren.

Trainer Jürgen Klopp was er op voorhand al niet gerust op. Hij vond het resultaat in Rusland ,,niet meer dan een goede uitgangspositie'' en eiste van zijn topelf, voor zover beschikbaar, een benadering zoals voor elk belangrijk duel. Hij zei het niet voor de bühne. Na ruim een kwartier kwam Zenit op voorsprong door een hard, wegdraaiend schot van de Braziliaanse spits Hulk.

'BVB', dat al in de beginfase Pierre-Emerick Aubameyang net naast zag koppen, schrok meteen wakker. De Belg Axel Witsel had de Duitse keeper Roman Weidenfeller al eerder bij de les geroepen. Zenit kreeg moed en straalde dreiging uit. Dat kwam de amusementswaarde ten goede. Oleg Sjatov was dichtbij de 0-2, maar zijn inzet ging voorlangs.

Speldenprikjes

De Duitsers stelde er een tijdlang speldenprikjes tegenover. De 'big' Robert Lewandowksi dupeerde zichzelf en zijn team door voor een handsbal een gele kaart te krijgen. De Pool mist daardoor de eerste wedstrijd van de kwartfinale. Dat die er komt was mede de verdienste van Sebastiaan Kehl. De aanvoerder kopte fraai de 1-1 binnen na een even goede voorzet van Marcel Schmelzer, opnieuw hij, vanaf de linkervleugel. Doelman Vjatsjeslav Malafejev kreeg zijn handen nog wel tegen de bal maar er niet voldoende achter.

De gelijkmaker betekende dat Zenit na rust ten minste drie keer moest scoren. Dat was erg veel gevraagd. Het team van interim-trainer Sergei Semak - voor de nieuwe sterke man André Villas-Boas was er toch geen Europese eer meer te behalen - probeerde het manmoedig maar de hoop op een stunt verflauwde allengs. Goed wilde het voetbal niet worden, van beide kanten niet. Het laatste kwartier boeide toch onverwachts weer, dankzij de 1-2 van José Rondón. De Venezolaanse invaller kon zomaar raakkoppen omdat zijn bewaker Mats Hummels stond te slapen.