
Nog net voor het sprintende peloton versloeg de renner van Astana zijn landgenoot en medevluchter Daniel Navarro. De Australiër Simon Gerrans was de snelste van de grote groep.
De rit ging van Etxebarria naar Markina-Xemein over 144 kilometer, met daarin acht beklimmingen waarvan één van de eerste categorie. Op die helling kwam de Italiaan Dario Cataldo alleen voorop. Op de laatste klim werd hij achterhaald door een groep die werd aangevoerd door Robert Gesink. De kopman van LottoNL-Jumbo probeerde even weg te komen, zoals ploeggenoot Wilco Kelderman ook al had geprobeerd op de voorlaatste klim, maar kon niet volgen toen Navarro ging.
Kelderman maakt in het Baskenland zijn rentree, nadat hij in de Ronde van Catalonië vanwege ziekte al in de eerste etappe had moeten opgeven. ,,Ik bekijk het in deze koers van dag tot dag'', zei Kelderman. ,,Vandaag liep het goed en toen een groepje demarreerde, ben ik er achteraan gegaan. Dat ging goed, al kregen we niet echt ruimte.'' Gesink plaatste zijn aanval op de slotklim. ,,Hij heeft niet meegereden om te proberen geen tijd te verliezen, maar de aanval gekozen. Dat is hoe dan ook een goed teken'', zei ploegleider Addy Engels over zijn kopman.
Navarro bleek echter te snel voor Gesink. In de afdaling naar finishplaats Markina-Xemein werd de vluchter achterhaald door Sánchez, die vervolgens de ritzege en eerste leiderstrui pakte. Gesink en Kelderman kwamen respectievelijk als 27e en 28e over de finish, in dezelfde tijd als de winnaar.