Uit jaarlijks onderzoek van de Erasmus Universiteit blijkt dat het Nederlandse bedrijfsleven weer meer inzet op radicale vernieuwing. "Bedrijven beseffen steeds meer dat voor het aanboren van nieuwe groeipotentie radicale innovaties nodig zijn, dus nieuwe producten en diensten", zegt Henk Volberda, hoogleraar aan de Erasmus Universiteit.
Snijden in de kosten
De afgelopen vijf jaar waren bedrijven volgens Volberda door de aanhoudende economische crisis vooral bezig met het snijden in de kosten en het verbeteren van bestaande producten en diensten voor bestaande markten en klanten. "Bedrijven die blijven hangen in kostenreductie en het verbeteren van bestaande producten en diensten realiseren uiteindelijk geen nieuwe groei."
"Je moet investeren in radicale innovatie. Bedrijven die dat doen halen een hogere omzet en presteren beter. Vooral sociale innovaties leveren veel groei op", meent Volberda. Technologische kennis en ideeën zijn leuk en aardig, maar die moeten wel leiden tot nieuwe producten en diensten.
Plat en flexibel
En dat vergt een andere manier van managen, organiseren en werken, zegt Volberda. "Je ziet dat bedrijven die heel plat en flexibel zijn georganiseerd en waar veel tijd gestoken wordt in kennis en opleiding van medewerkers, en waar managers niet alleen sturen op efficiency maar ook op innovatie, sneller innoveren."
Een goed voorbeeld, wat Volberda betreft, is Movares. Daar krijgen mensen de tijd en ruimte om aan radicale ideeën te werken in innovatiestudio's. Een ander bedrijf is georganiseerd op basis van een cellenstructuur van hele kleine teams. "Zo kunnen mensen snel werken aan een nieuw product of dienst. Het is goed om mensen ruimte te geven om met nieuwe ideeën te komen."
Incidentenbeleid
Maar dat moet geen incidentenbeleid zijn, waarschuwt Volberda. "Uiteindelijk krijgt het binnen het bedrijf dan geen hoge prioriteit heeft en dat men toch gaat voor de successen op korte termijn. Daardoor investeren bedrijven niet in producten voor de markt van morgen.
Agrofood en logistiek zijn de kroonjuwelen van de Nederlandse economie. En juist in die topsectoren gaat het lang niet altijd goed. "Bij agrofood wordt dan wel veel geïnvesteerd in technologie en research and development, maar juist in de sociale innovatie - de nieuwe manier van managen en organiseren - blijft men juist ver achter. En datzelfde geldt voor logistiek."