Welke straf wacht de fanatieke moslims uit de Schilderswijk?
De Haagse Rechtbank heeft in het jihadproces onder meer drie celstraffen van zes jaar en een van vijf jaar uitgesproken. Twee verdachten kregen drie jaar waarvan één voorwaardelijk. Alle zes werden werden veroordeeld voor deelname aan een organisatie die jongeren opruide, ronselde en hielp naar Syrië af te reizen.
Het Openbaar Ministerie ziet de negen fanatieke moslims uit de Haagse Schilderswijk als een groep jihadisten die samen een criminele organisatie vormen met het doel te ronselen voor IS. Rudoph H., die wordt gezien als de mediaman van het gezelschap, kreeg drie jaar cel, waarvan een jaar voorwaardelijk. Ook de jonge Oussama C. (19), de 'ideoloog' van de groep die geesten rijp maakte voor de jihadstrijd, kreeg die straf.
Drijvende kracht
Een verdachte kreeg 43 dagen celstraf plus twee maanden voorwaardelijk, één 55 dagen plus zes voorwaardelijk en één verdachte kreeg een celstraf van zeven dagen. 'Drijvende kracht' Azzedine C., die jongeren aanzette tot deelname aan de strijd in Syrië, kreeg die straf, evenals twee mannen die nog in Syrië zijn. Azzedine C. was daarin volgens de rechters samen met de volgens mediaberichten inmiddels omgekomen Soufiane Z. de centrale figuur.
André Seebregt is de advocaat van hoofdverdachte Azzedine C, ok wel Abu Moussa genoemd. Hij ziet de groep liever als activisten: "Wat er allemaal is gebeurd de laatste tijd met IS, dat speelde toen helemaal nog niet. Ze worden verdacht van gedragingen in 2012 en eerder. Deze jongens hebben steeds gezegd dat ze tegen geweld tegen burgers zijn. Ze zijn voor de strijd tegen Assad"
Genoeg bewijs
De hoogste functionaris van het leger, generaal Middendorp, zei destijds dat hij die jongens wel begreep, maar dat zou nu niemand meer zeggen. De samenleving verwacht ook dat de rechtbank meedenkt met de actualiteiten. "Ik ben het ermee eens dat terrorisme een ernstig probleem is", zegt Seebregt. "Maar er is een heel groot gevaar dat we mensen met steeds minder bewijs vast gaan zetten. Er is een risico dat je broertje van zestien uit nieuwsgierigheid naar de glossy van IS gaat kijken op internet, dan is er een kans dat je op de terroristenafdeling terecht komt."
Politiestaat
Het Openbaar Ministerie redeneert: better safe then sorry. "Ik begrijp dat van de ene kant wel, maar dat is een heel gevaarlijk pad", meent Seebregt. "Je wilt niet afdwalen naar een politiestaat, we blijven een rechtsstaat. We moeten die waarborgen voor de burger niet laten varen uit angst. Er moet voldoende bewijs zijn om iemand te beoordelen." Seebregt meent dat de strafeis daar een voorbeeld van is. "Zeven jaar is een veel te hoge eis voor die gedragingen van de cliënten."
Om half tien begint de rechter met het voorlezen van de negen vonnissen. Harmen is daar namens BNR bij.