Toch hulp voor uitgehongerde bewoners van Syrisch stadje
Na wekenlange weigering staat de Syrische president Assad nu toch humanitaire hulp toe voor de bewoners van het stadje Madaya. Dat zeggen de Verenigde Naties.
Madaya, een plaats bij de grens met Libanon, wordt sinds een half jaar bezet door troepen van Hezbollah maar ook Assad. Niemand kan er in of uit. En dat heeft geleid tot een hongersnood onder de ruim 40.000 inwoners.
De voltallige Tweede Kamer trok vandaag aan de bel bij het kabinet over de hongersnood in Madaya. Deze week kwamen schokkende beelden van uitgehongerde mensen uit de stad naar buiten.
Sjoerd Sjoerdsma van D66 belde alle andere partijen en stelde met hen vragen voor het kabinet op over de kwestie. "Er sterven elke dag opnieuw mensen aan ondervoeding. Het kabinet moet de internationale gemeenschap aansporen om actie te onderneme", zegt Sjoerdsma.
Het Kamerlid wil dat het kabinet de Verenigde Naties aanspoort tot noodhulp die het plaatsje kan bereiken. Daarom is een staakt-het-vuren rondom Madaya volgens Sjoerdsma cruciaal. "Deze Syriërs worden gedwongen om insecten, planten en zelfs katten te eten. De situatie is onhoudbaar."