Hennis: meer Nederlandse militairen naar Irak
Nederland breidt het aantal militairen in Irak uit. Dat maakte minister van Defensie Jeanine Hennis-Plasschaert bekend op de persconferentie over de Nederlandse deelname aan de bombardementen op Syrië.

Premier Rutte zei vanmiddag dat het kabinet gehoor geeft aan de oproep van bondgenoten om het operatiegebied van de Nederlandse F16's uit te breiden naar Oost-Syrië.
De extra Nederlandse militairen gaan daar Iraakse militairen trainen. De trainingen maken onderdeel uit van de intensivering van de strijd tegen terreurgroep Islamitische Staat (IS) in de regio.
Ook wapenondersteuning Koerden
Nederland wil ook meer materiële steun geven aan het Iraakse leger en de Koerdische strijders (Peshmerga's) en kijkt naar het leveren van wapens aan de Koerden, die in het noorden van het land strijden. Ze hebben vooral behoefte aan antitankwapens en middelzware wapens.
Bij Bagdad worden Iraakse commando's getraind door hun Nederlandse collega's. Ook hier gaan extra Nederlanders heen. Het gaat om "enkele tientallen", zei minister Hennis. Verder wordt onderzocht of ook hier de Iraakse commando's dichter bij het front kunnen worden getraind of geadviseerd.
Op dit moment geven 130 Nederlandse militairen trainingen in Irak. De meesten trainen de Koerdische strijders. Het kabinet wil bij deze Peshmerga's nu ook een zogenoemd Mobile Support Team (mobiel ondersteuningsteam) inzetten. Dit team van ongeveer 25 personen kan aanvullende training verzorgen aan eenheden die zich aan of achter de frontlijn bevinden.
Veelkoppig monster
"ISIS is een veelkoppig monster", zei minister van Buitenlandse Zaken Bert Koenders op de persconferentie.