Vanavond overlegt minister Asscher (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) met VNO-NCW, CNV, SER, VNG en vluchtelingenorganisaties over werkloosheid onder vluchtelingen met een verblijfsvergunning in Nederland. Ook vakbond FNV schuift aan. De FNV vindt Asschers plan een goed streven, omdat Nederland net als andere Europese landen de opdracht heeft vluchtelingen op te vangen. Als de vluchtelingen dan een status krijgen, moeten ze volgens de vakbond zo snel mogelijk integreren, de Nederlandse taal leren en in hun eigen beroep aan het werk kunnen.
Maar de FNV waarschuwt voor verdringing aan de onderkant van de arbeidsmarkt. Catelene Passchier, vice-voorzitter van de FNV: "Tegelijkertijd zeggen we: dat gaat alleen werken als we ook stevig investeren in sociale huisvesting, zorg en werk voor alle mensen die in Nederland zijn. Dat zijn Nederlanders maar ook migranten en vluchtelingen die hier al langer zijn en maar niet aan werk komen. Als we dat niet doen, gaat het niet goed."
Uit cijfers van Vluchtelingenwerk Nederland van oktober vorig jaar blijkt dat vluchtelingen moeilijk aan een baan komen. Minder dan de helft van de vluchtelingen (36 procent) bleek een betaalde baan te hebben. Volgens Vluchtelingenwerk is er ook geen specifiek beleid meer om vluchtelingen aan een baan te helpen.
Volgens de FNV hebben vluchtelingen ook last van discriminatie. "Dat kan negatief uitwerken bij solliciteren", zegt Passchier. Tweede en derde-generatie migranten hebben daar ook nog steeds last van, zegt de FNV.
De FNV keurt de plannen van Asscher goed, maar zegt ook al jaren in strijd te zijn met de bezuinigingen en de gevolgen daarvan op de werkgelegenheid. "We zien een enorme toename van werkloosheid. Juist nu moet de koers gewijzigd worden en ingezet worden op werkgelegenheid, zorg voor iedereen en sociale huisvesting. Dan kun je van mensen verwachten dat ze zeggen: natuurlijk delen we dat ook met de vluchtelingen", zegt Passchier.