Steeds minder biodiversiteit and still counting
Er is steeds minder verscheidenheid aan levensvormen in Nederland. De achteruitgang wordt geremd, maar is nog niet gestopt.
De afgelopen eeuw is de biodiversiteit, de verzamelnaam voor de grote verscheidenheid aan micro-organismen, dieren- en plantensoorten, gedaald van 40 naar 15 procent. Reden om in te grijpen en dat is de afgelopen jaren ook gebeurd, met wisselend succes: uit de Balans van de Leefomgeving 2012, een tweejaarlijkse publicatie van het Planbureau voor de Leefomgeving (PvL), blijkt dat de achteruitgang van biodiversiteit in Nederland wel geremd is, maar nog niet gestopt. Op de dag van de biodiversiteit vertelt Mark van Veen van het PvL of we ons zorgen moeten maken.
Wat is een biodiversiteit van 40 procent?
"Dat is de biodiversiteit die we hadden. We hebben steeds meer landbouwgebieden en stedelijke gebieden aangebracht in Nederland en daardoor is er steeds minder leefruimte voor veel soorten levensvormen; leefgebieden worden te klein en er is te veel stikstof."
40 procent klinkt al niet als een hoog percentage, maar 15 procent is dat niet gewoon slecht?
“Precies, maar in Nederland kun je de biodiversiteit wel opzoeken. Dat kan in het groot, in natuurgebieden. En dat kan in het klein, door in de stad naar allemaal randjes te kijken, maar die randjes zijn klein.”
Er is een beleidsvoornemen geweest om de biodiversiteit te laten groeien en dat is dus mislukt?
“Het is half gelukt: in natuurgebieden, door de maatregelen die daar worden genomen, is de achteruitgang geremd en in moerassen en natte natuurgebieden is de biodiversiteit zelfs aan het stijgen. In landbouwgebieden gaat de biodiversiteit nog achteruit. Als je dat het gemiddelde bekijkt dan zie je dat de biodiversiteit afneemt."
Krijgen we last van de krimp? En bij welk pecentage gaat het niet meer goed?
“De vraag is wat biodiversiteit doet? Wij kijken ook naar zogenaamde ecosysteemdiensten, dat is een moeilijk woord voor simpele fenomen in de natuur: dat zijn de bijen die de fruitbomen bestuiven en in feite gratis dienst doen, dat is drinkwater uit de bodem. Maar ook de zuiverende werking van de natuur: als het hard regent moet het water ergens heen en dat wordt opgevangen in natuurgebieden."
Dan bekijkt u de natuur dus door een economische bril en dan blijkt de biodiversiteit heel nuttig?
“Dan blijken er allemaal aspecten aan biodiversiteit te zitten die biodiversiteit niet alleen mooi maken, maar ook nuttig. Er is alleen geen harde grens. Terugkijkend kunnen we zeggen: als we toen hadden ingegrepen, dan was het beter gegaan, en dat proberen we voor te zijn door onderzoek te doen.”

Duurzaam
De Groene weg naar 2030. Harm Edens onderzoekt hoe we het beste en het snelste de doelen van het klimaatakkoord van Parijs kunnen halen.