"Het tegendeel heb ik wel heel vaak meegemaakt", vervolgt De Vries op BNR. "Dat ze slachtoffers valse hoop gaven en met stuitende opmerkingen slachtoffers van streek maakten. En dat ze de politie heel veel tijd hebben gekost."
Inzet paragnosten
De politie moet paragnosten inzetten als moordzaken vastgelopen zijn, vindt
althans minister Opstelten van Veiligheid. De paragnost zou leiden tot
verwarring in het recherchewerk, was de redenatie voor het afschaffen van die
mogelijkheid. Opstelten ziet echter geen reden om het te verbieden. Dat heeft
de minister geantwoord op vragen van Tweede Kamerlid Gert-Jan Segers
(ChristenUnie).
Een aanvraag voor de inzet van de zogenoemde onorthodoxe opsporingsmethode "komt overigens zelden voor". Wel moet er sprake zijn van een ernstig strafbaar feit en daarnaast dient het onderzoek met gebruikmaking van de gebruikelijke recherchemethoden te zijn vastgelopen.
Geen namen noemen
Paragnost Peter van der Hurk heeft de politie geholpen bij het oplossen van een
misdaad, zegt hij op BNR. "Door middel van een foto of voorwerp kan ik me
verplaatsen in de situatie en voel ik informatie aan die kan leiden tot
aanwijzingen in de politiezaak." Van der Hurk vervolgt: "Ik ben
laatst nog benaderd voor een zaak in Dordrecht. In totaal ben ik voor meer dan
10 zaken door de politie benaderd. Ik heb voor cold cases gewerkt en
doe nu aan een onderzoek mee. Ik kan geen namen noemen van de mensen die mij
hebben benaderd."
Vaag
"U bent erg vaag", zegt Peter R. de Vries. "De minister heeft
goedgekeurd dat er met u gewerkt mag worden, waarom doet u dan zo vaag. Dat is
altijd het probleem met die paragnosten. Er zit een luchtje aan."
Peter R. de Vries vervolgt: "Die meneer zegt dat hij ingeschakeld wordt, maar meestal schuiven ze zichzelf naar voren en zeggen vervolgens dat ze voor de politie werken. De meeste rechercheurs die ik ben tegengekomen zijn buitengewoon huiverig om met paragnosten te werken."