Michiel de Vries, hoogleraar Bestuurskunde aan de Radboud Universiteit, spreekt van een "verwaterd poldermodel": het kabinet is bezig met een zware bezuinigingsoperatie en probeert intussen rekening te houden met de wensen vanuit allerlei verschillende hoeken.
Niemand blij
Die zijn natuurlijk niet allemaal te verwezenlijken. "Hoe complexer processen worden, hoe moeilijker het is om er iets rationeels uit te krijgen (...) Je probeert het iedereen een beetje naar de zin te maken en uiteindelijk komt er iets uit waar eigenlijk niemand blij van wordt", zegt De Vries.
Volgens hem zullen de meeste burgers dan ook niet blij worden van het compromis dat uiteindelijk zal worden bereikt, zelfs wanneer de harde kanten van sommige maatregelen worden verzacht zoals bijvoorbeeld bij de ingreep in de WW.
Duur beleid
Toch wil het kabinet zoveel mogelijk draagvlak creëren, en gaat met zoveel mogelijk partijen om tafel. Is dit eigenlijk wel verstandig? Ja, zegt De Vries. "Het is goed om met iedereen te praten. Dan krijg je meer informatie en dan krijg je normaliter beter beleid. Iedereen heeft zijn eigen ideeën en als je die ideeën goed afweegt, krijg je een consistent beleid. Maar als je iedereen z'n zin gaat geven, krijg je een heel duur beleid waar uiteindelijk toch groepen onder te lijden zullen hebben."
De Vries noemt als voorbeeld de gehandicapten, die de dupe worden wanneer de gehandicaptenregeling voor het bedrijfsleven niet doorgaat, maar bijvoorbeeld ook de belastingbetaler, die er last van krijgt als de WW-duur wordt verlengd. "Dat vereist een goede afweging en dat moet je niet met teveel mensen doen, want dan wordt het een slechte zaak."