'Geef family, friends & fools een fiscaal zetje'
De economie verandert. Voor financiering moet je als startende ondernemer niet meer bij de bank wezen. Maar waar dan wel?
De fiscus zou moeten bijspringen om potentiële investeerders over de streep te trekken. Daarvoor pleit scheidend directeur Victor van der Chijs van architectenbureau OMA dinsdag bij BNR Paul van Liempt. Ondanks zijn vertrek bij OMA, blijft Van der Chijs voorlopig aan als 'boegbeeld' van de creatieve sector in het 'Topsectoren'-beleid.
Volgens hem maakt de creatieve industrie een schaalverkleining door, en loopt deze sector daarbij bovendien voorop in een bredere ontwikkeling. Daar zou Nederland meer op in moeten spelen, vindt hij.
Banken
Van der Chijs: "Je ziet langzaam maar zeker een netwerkeconomie ontstaan met steeds kleinere bedrijven die in voortdurende coalities met elkaar opereren, van project naar project gaan, met vaak alleen maar zzp'ers die elkaar opzoeken. Op het moment dat zij financiering nodig hebben, omdat zij willen opschalen omdat zij een goed product hebben, is dat echt een probleem. Bij de banken hoef je sowieso niet aan te komen. Die zijn met Basel-3 bezig. En als ze het geld al hadden, dan hebben ze er geen zin in, want het loont de moeite niet om zoveel energie te steken in de kredietaanvraag voor een klein bedrijf."
Als je als ondernemer dan zoekt naar andere wegen om aan geld te komen, stuit je volgens Van der Chijs op -wat hij noemt- een "systeemfout", omdat het ook lastig is om investeerders over de streep te trekken. De neiging bij investeerders is niet groot om geld te steken in projecten met een hoog risico.
Vriendje
"Er is onderkend dat startende bedrijven in Nederland die willen groeien, niet aan financiering kunnen komen", zegt hij. "Wij hebben daar een aantal maatregelen voor aangedragen. Eentje daarvan is het interessanter maken voor -wat wij noemen- 'family, friends and fools' om te investeren in mensen of producten die ze kennen. Bijvoorbeeld: je hebt een vriendje waarvan je denkt: die heeft een leuke vinding gedaan; ik geloof daarin. Daar wil ik wel 10- of 15-duizend euro in steken, dat dat op een of andere manier fiscaal aantrekkelijk wordt gemaakt."
In Europa zouden we zulke investeerders goed kunnen gebruiken, maar de mentaliteit is hier veel risicomijdender, zegt Van der Chijs. "Dat heeft te maken met de afrekencultuur. Als je met een plan komt, moet je met een businessplan komen waar tot drie cijfers achter de komma is uitgerekend wat het over vijftien jaar gaat opleveren."
Hoe anders is dit in de VS. "Daar heb je van die angel investors. Die kiezen tien projecten uit. Daar steken ze een beetje geld in. Er gaan er waarschijnlijk zeven onder water; dat vinden ze niet erg, als van de resterende drie er maar één of twee het wel goed doen."