'Kritiek Voedsel en Warenautoriteit onterecht'
De vleesbranche herkent zich niet in de kritiek van de Nederlandse Voedsel en Warenautoriteit. In een interview met het Financieele Dagblad haalt inspecteur-generaal Harry Paul hard uit naar de sector die hij een gebrek aan ethisch besef verwijt. Dit leidt volgens hem tot 'forse risico's voor de toekomst'.
Rundvlees dat paardenvlees blijkt te zijn. Kippen die zijn volgespoten met een antibiotica-resistente bacteriën. De incidenten binnen de Nederlandse voedselsector lijken zich de laatste jaren op te stapelen. Dit tot grote zorgen van de NVWA die spreekt van 'verontrustende proporties'.
Met name binnen de vleessector is er sprake van een 'normvervaging', stelt Paul in het interview met het FD. Grenzen worden opgezocht wat volgens hem tot een aantal ernstige ontsporingen heeft geleid. "Dat levert forse risico's op voor de nabije toekomst."
Maatgevend
De Centrale Organisatie voor de Vleessector (COV) zegt zich niet te herkennen in dat beeld. "Deze onderwerpen zijn niet nieuw, zij zijn allang onderwerp van onze aandacht", zegt COV-woordvoerder Dé van de Riet. "Maar laten we niet doen alsof deze incidenten nu maatgevend zijn."
Van de Riet verwijst naar de Taskforce Voedselvertrouwen waar de COV sinds ruim een half jaar deel van uitmaakt. "Daarmee zijn wij intensief aan het nalopen welke systemen we hebben, waar zitten de zwakke plekken zitten en hoe we die kunnen verbeteren."
Volgens de woordvoerder doet het 'leeuwendeel van de sector zijn werk prima'. "Deze bedrijven produceren verantwoorde en veilige producten. Laten we hen niet over een kam scheren met de ondernemingen waar de NVWA zorgen over heeft."
Trend
Van de Riet spreekt dan ook tegen dat er, zoals Paul beweert, sprake is van een trend binnen zijn sector. "Natuurlijk kan het altijd
beter, maar wij gaan niet mee in de observatie dat het allemaal slecht zou
zijn. Wij zeggen: 'het is goed, maar het kan altijd beter'."
In eerste instantie ligt de verantwoordelijkheid daarvoor bij de bedrijven zelf, beaamt de COV-woordvoerder. "Maar we hebben daar wel een toezichthouder bij nodig die ervoor zorgt dat de wet wordt gehandhaafd en dat bedrijven worden gecorrigeerd en zo nodig uitgesloten."
Uiteindelijk is de wet het uitgangspunt, stelt Van de Riet. "We zitten dan ook niet te wachten op discussies over normen en ethiek."