Akkoord over two pack geeft EC meer begrotingsmacht
Het Europese two pack-akkoord is een stap voorwaarts in de begrotingsdiscipline van EU-landen, maar de afdwingbaarheid ervan wordt lastiger, en dat kan problemen opleveren.
Dat zegt Sylvester Eijffinger, hoogleraar financiële economie aan de Tilburg University, tegen BNR's Petra Grijzen. Het Europees Parlement, de EU-lidstaten en de Europese Commissie bereikten vanochtend een akkoord over het zogenoemde two pack. Daarmee wordt vastgelegd dat de Europese Commissie meer bevoegdheid krijgt over de begroting van de EU-lidstaten.
Ook bepaalt het two pack de spelregels voor het ontvangen van Europese steun. Daarmee moeten de procedures rond de wat ad hoc tot stand gekomen steunprogramma's zoals die van Griekenland helderder worden omschreven.
Voordelen
Het grote voordeel is dat op een vroegtijdig moment van het proces zichtbaar wordt of landen uit de pas lopen. "Uiteindelijk is de beslissing niet aan de Europese Commissie, maar aan de eurogroep en de Europese Raad. Die beslist uiteindelijk of een land tot de orde wordt geroepen. Stel dat een aantal grote landen uit de pas loopt, hoe hard gaat dan het spel gespeeld worden in de groep van Europese ministers van Financiën en de Europese Raad?"
Het is een stap voorwaarts omdat we van de corrective arm naar de preventive arm gaan, meent Eijffinger. Maar de afdwingbaarheid ervan wordt lastiger, en daar zit wat hem betreft het grote probleem. "Brussel kan het niet afdwingbaar opleggen, en daar zit je altijd weer met het feit dat je een gekwalificeerde meerderheid moet hebben van de ministers van Financiën en de Europese Raad."
Voorwaarden
"Het ESM is een structureel fonds, je kunt de voorwaarden nauwkeurig omschrijven, dat is belangrijk om geen verschil te maken tussen landen die de voorwaarden willen oprekken. Rajoy wil onderhandelen over de voorwaarden en dat kan niet omdat je dan afwijkt van de voorwaarden die je aan Griekenland, Ierland en Portugal hebt gesteld."
Grote landen bevoordelen moet er niet meer bij zijn, vindt Eijffinger. "Dat is niet acceptabel. Voor elk land dat trekt op het ESM moet hetzelfde zijn. Ik denk dat dat voor de transparantie aan de financiële markten heel belangrijk is. Het is heel belangrijk dat voor alle landen gelijke monniken gelijke kappen geldt." Het enige wat je kunt doen is het proces beheersbaarder maken, zegt hij. "De besluitvorming kan op een transparante wijze plaatsvinden en dat is pure winst."
Pijnlijk maar wenselijk
Ben Hoetjes, emeritus hoogleraar bestuurskunde aan de Universiteit Maastricht, vindt het pijnlijk voor de nationale overheden dat de afspraken die de afgelopen jaren in Brussel zijn gemaakt consequenties hebben voor belastingen en begrotingen. "Maar eigenlijk hebben die nationale overheden behoefte aan een extra duwtje vanuit Brussel om ook tegenover de kiezers te kunnen uitleggen dat deze maatregelen echt nodig zijn."
Het zal betekenen dat er sneller en duidelijker zal worden ingegrepen, is de overtuiging van Hoetjes. "De Europese Commissie is officieel de zogenaamde bewaker van de verdragen, dus die kan sneller aan de bel trekken. tegelijkertijd blijft de EC gebonden aan beslissingen die zijn genomen in de Europese Raad. Dus als er met een land grote problemen ontstaan zal de Europese Commissie nooit op eigen houtje kunnen ingrijpen, maar het tempo en de duidelijkheid en helderheid van de maatregelen zal flink toenemen."
Heldere afspraken
"Als er een ontwerp ligt van een begroting dan kan de Commissie daar commentaar op leveren of erop wijzen dat risico's beter moeten worden afgekaart. Er komen ook heldere afspraken over steunprogramma's. In het two pack staan richtlijnen over hoe zo'n steunprogramma moet worden afgewikkeld", zegt Europa-correspondent Anke Truijen.
Het steunprogramma is in feite een aanvulling op de macht die de Commissie toch al had. "Dit legt een wettelijke basis, zodat de Commissie die controles kan uitvoeren. Er lagen al afspraken op Europees niveau, dat de commissie al eerder controle en inzicht wil hebben in die budgetontwerpen. Officieel moeten die ontwerpen in oktober worden ingeleverd."
De overeenkomst kan koren op de molen zijn van de oppositiepartijen in de nationale parlementen, meent Anke Truijen. "De Commissie kan ontwerpbegrotingen terugsturen naar het kabinet, zodat de oppositiepartijen met het commentaar van de Commissie in de hand het kabinet onder druk kunnen zetten."
Eurobonds
Het Europees Parlement wilde ook dat er concreet werk zou worden gemaakt van zogenoemde euro-obligaties. Met die obligaties kan op Europees niveau gezamelijk schuldpapier op de markt worden gebracht. Voor veel lidstaten, waaronder Nederland, ging dit veel te ver. In het bereikte compromis is overeengekomen dat er een werkgroep komt die voor maart 2014 met zijn bevindingen komt over de wenselijkheid, risico's en voorwaarden van het invoeren van deze zogeheten eurobonds.
De eurobonds waren aanleiding voor het nodige gesteggel, en dat zorgde voor flinke vertraging, legt Anke Truijen uit. "Het Europarlement wilde per se dat de eurobonds werden opgenomen in het akkoord. Daar wilden onder meer Nederland en Duitsland niet aan. Nu ligt er een soort compromis: er komt een onderzoekscommissie die onderzoekt of de eurobonds wenselijk zijn, wat de risico's en voorwaarden zijn om eurobonds in te voeren."