
Dat blijkt uit de Emancipatiemonitor 2012 van het Sociaal Cultureel Planbureau en het Centraal Bureau voor de Statistiek.
De stijging van de arbeidsdeelname van vrouwen is weliswaar tot stilstand gekomen op 64 procent, maar bij mannen liep de arbeidsdeelname terug van 82 procent in 2008 tot 80 procent in 2011.
De economische zelfstandigheid van vrouwen bleef sinds 2008 gelijk op 52 procent. Die van mannen daalde van 76 naar 74 procent. Een belangrijke oorzaak hiervan is het feit dat meer vrouwen dan mannen een deeltijdbaan hebben.
'Mannen'- en 'vrouwen'sectoren
Vrouwen waren in 2011 nog steeds vaker werkloos dan mannen (5,3 procent tegenover 4,9 procent), maar de werkloosheid steeg onder vrouwen minder hard dan onder mannen. De crisis heeft volgens onderzoekster Ans Merens (SCP) vooral toegeslagen in 'mannen'-sectoren als de bouw en techniek. Vrouwen werken meer in de zorg, onderwijs en overheid, zegt Merens. "Daar zijn tot nu toe niet heel veel ontslagen gevallen in de crisis." Volgens haar kan dat nog wel gaan veranderen.
Feminist en oud-Opzij-hoofdredacteur Ciska Dresselhuys wordt niet al te optimistisch van dit verhaal. "De situatie voor vrouwen gaat er de komende tijd minder goed uitzien dan we dachten op basis van deze Emancipatiemonitor." Dresselhuys ziet vooral een groot probleem in de bezuinigingen en ontslagen in de kinderopvang. Zij verwacht dat veel vrouwen hierdoor (een deel van) hun werk zullen opgeven.
Volgens het rapport is het gebruik van professionele kinderdagverblijven en hulpouders inderdaad al iets gedaald, maar dat wordt volgens SCP en CBS voldoende gecompenseerd door een stijging in de (informele) kinderopvang door familie of vrienden.
Merens verwacht dat het zeker nog wel een "jaar of tien" zal duren voordat de arbeidsdeelname van vrouwen en mannen gelijk opgaat.