Wat gebeurt er nou precies aan de binnenkant van de zon. Er vindt daar kernfusie plaats en daarbij ontstaan enorme hoeveelheden röntgenstraling. Maar hoe stroomt die energie door de zon?
Je zou denken dat astronomen dat zo langzamerhand wel in de vingers hebben. Maar vijftien jaar geleden bleek het tegendeel. Formules en modellen die toe dan toe geweldig leken te werken, zakten door het ijs.
Sinds die tijd is de Amerikaanse onderzoeker James Bailey van het Sandia laboratorium bezig de oude theorie te repareren. Hij publiceerde er een artikel over in het wetenschapsblad Nature. Zijn vermoeden is dat de energie minder snel door het hart van de zon heen en weer stuitert, opgenomen wordt door atomen en even later weer uitgestraald.
Hij richtte zijn pijlen op ijzeratomen. Als die bij 2.1 miljoen graden minder doorzichtig zijn voor röntgenstraling dat gedacht, dan zou dat een deel van de problemen met de theorie oplossen. En dat blijkt zo te zijn.
Niet dat nu alles weer helemaal is recht gestreken. Bailey keek maar naar één plek in de zon. Er zijn meer atomen dan alleen ijzer. Inmiddels liggen er andere materialen in zijn laboratorium.