
Doordat er zo weinig betaalbare woningen zijn voor starters, ontstaan er lange wachtlijsten. Er zit geen schot in de nieuwbouwproductie binnen de stad, zegt Hans André de la Porte, woordvoerder van de Vereniging Eigen Huis. 'Er zijn veel obstakels en daardoor komt er geen tempo in. Projecten buiten de bebouwde kom zijn omstreden en kennen lange procedures.' Het kan dus wel tien jaar duren voor starters daadwerkelijk de sleutel in het slot kunnen steken.
Meer bouwen
Veel starters kunnen wel lenen door de lage hypotheekrente, maar niets kopen door de hoge prijzen. De onvermijdelijke oplossing is dat er meer gebouwd moet worden, denkt De la Porte. 'Er moeten wel een miljoen woningen komen, maar de vraag is waar en hoe dit moet gebeuren. Voor bouwers geldt dat er een mix moet zijn tussen goedkopere en duurdere woningen, omdat ze er anders niets aan kunnen verdienen. Gemeenten zetten juist in op betaalbare koopwoningen en sociale huur.'
Luister terug | Ondanks huizencrisis kelderen grondaankopen gemeenten
Volgens Peter Boelhouwer, hoogleraar Woningmarkt aan de TU Delft, leiden de dure nieuwbouwwoningen tot een verstoring van de markt. 'In de stad bouwen kost heel veel geld, waardoor hier alleen dure woningen komen. Normaal gesproken is dat niet zozeer een probleem, omdat een dure koopwoning een 'verhuisketen' teweegbrengt van twee à drie verhuizingen. Als gevolg van die keten komt aan de onderkant van de woningmarkt een starterswoning vrij.' Door de hoge prijzen is dit laatste niet meer het geval.
Volgens de hoogleraar is er sprake van een politieke keuze. 'Naast bouwen kun je best veel doen voor starters. Je kunt een groter deel betaalbaar maken en dat ook echt toewijzen aan starters. Ook kan de zelfbewoningsplicht worden ingevoerd, zodat beleggers woningen niet meer voor de neus van starters kunnen wegkapen.'