IS heeft het afgelopen jaar grote nederlagen geleden in Syrië en Irak. Als de terreurgroepering geen machtbasis meer heeft in die landen zijn we beter af, zegt Bakker, maar in de tussentijd moeten we vrezen voor aanslagen in Europa. "De organisatie zal onder druk komen te staan om te laten zien dat ze nog meetellen. De noodzaak om aanslagen elders te plegen zal eerder groter dan kleiner worden. Voor onze veiligheid is dat geen goed nieuws."
Bakker, die verbonden is aan het Centrum voor Terrorisme en Counterterrorisme (ctc) in Den Haag, reageerde op het nieuws van Amerikaanse inlichtingendiensten dat IS er een stuk slechter voorstaat dan een jaar geleden. Niet te controleren, aldus Bakker, maar wel logisch. "Er zijn maar een paar landen in staat zoiets te controleren. Maar IS heeft in Syrië grote gebieden verloren aan de Koerden, en het Iraakse leger heeft belangrijke steden in Irak weer in handen gekregen."
Het is dan ook vooral te danken aan de strijders op de grond - de Koerden in Syrië, het Iraakse leger in Irak, shi'itische milities in de regio - dat IS dergelijke nederlagen heeft geleden. De bombardementen die zijn uitgevoerd door de internationale coalitie hebben volgens Bakker weinig schade aangericht omdat ze met grote voorzichtigheid zijn uitgevoerd.
Ondanks de verliezen van de terreurgroepering heeft IS qua aantrekkingskracht en uitstraling nog altijd weinig ingeboet. Dat verklaart de opmars van de terroristen in Jemen, zegt Bakker. "Groeperingen in zwakke staten als Jemen sluiten zich nog altijd graag onder de IS-vlag aan bij de strijd. En ook in Europa is de aantrekkingskracht van IS helaas nog groot."