Eerste waterstoftestnetwerk van het land in Groningen
De provincie Groningen wil zich ontwikkelen tot dé waterstofregio van ons land. Om dat aan te slingeren opent vandaag bij de Hanzehogeschool het eerste testnetwerk voor waterstof in ons land.
En dat testen is belangrijk volgens lector Waterstof Jan-Jaap Aué van de Hanzehogeschool Groningen, omdat de ervaring met de techniek vaak ontbreekt. 'Het is natuurlijke bekende techniek, maar niet veel mensen weten hoe ze ermee om moeten gaan. De mensen die daadwerkelijk ervaring hebben met die technologie, werken vaak in de chemische industrie. Dat is een compleet andere omgeving dan in je huis.'
Luister ook | 'Ik wil dat mensen in de omgeving merken dat Tata Steel verbetert'
Precies om die reden heeft Aué samen met de Hanzehogeschool een waterstofnetwerk ontwikkeld. 'Zo kunnen we de ervaring toepasbaar maken voor huizen of andere bebouwde omgevingen', stelt hij. De Hanzehogeschool werkt overigens niet alleen aan het testnetwerk. Zo krijgt het hulp van Emerson, DNV, GasUnie en Gasterra. 'Dat zijn natuurlijk partijen die al langer in de gaswereld verkeren, maar ze willen andere bedrijven ook graag de ruimte bieden om ervaring op te doen in het werken met waterstof.'
Groene waterstof?
Hoewel waterstof een ontzettend schoon gas is om te verbranden, kost het enorm veel energie om het op te wekken. Ook daarom kijkt Aué samen met het testnetwerk naar groene waterstof. 'We zijn momenteel partner van een groot project, genaamd HydroHub', stelt hij. 'Met dat project kijken we naar hoe we groene waterstof goedkoper kunnen produceren.'
Luister ook | 'Ongelukkige start voor Hans Vijlbrief'
Maar, het gaat niet alleen om de productiekosten vindt Aué. 'Het mes snijdt wel aan twee kanten. Aan de ene kant willen we de waterstof goedkoper maken, maar het gaat er ook om om mensen op te leiden die dat straks kunnen produceren. De energietransitie is natuurlijk een hele opgave, maar de vraag wie dat op zich zal nemen wordt zelden gesteld.'
Tijdslijn
Aué durft ook voorzichtig naar de nabije toekomst te kijken als het gaat om inzet van (groene) waterstof. 'We verwachten dat er in de richting van 2030 al een flinke stap zal zijn gemaakt', vervolgt hij. 'Dan zal het op allerlei plekken geïmplementeerd worden.'
Als voorbeeld noemt Aué ook vervoersmiddelen, omdat rijden op waterstof natuurlijk al mogelijk is. 'Waterstof is met name geschikt om langere tijd op te slaan, voor gebruik in de winter bijvoorbeeld', stelt hij. 'Ook als brandstof voor voertuigen, en dan met name zwaarder verkeer zoals vrachtverkeer, bussen en treinen. Een interessant alternatief voor elektrificatie.'
Luister ook | Grootgebruikers gaan niet op tijd van Gronings gas af
Maar, Aué benadrukt tevens dat de energiemarkt grillig is. 'De transitie kan zomaar een paar jaar eerder of zelfs later komen', concludeert hij.