
In het gelekte landbouwakkoord houdt de Nederlandse overheid 2040 aan als doel om volledig duurzaam te worden. Dat betekent onder meer dat de staat van het oppervlaktewater in Nederland flink verbeterd moet worden. 99 procent daarvan zou namelijk niet voldoen aan de ecologische standaard van Europa, weet Scholte. 'Dat betekent dat er te veel gif in het water zit, en te veel mos over het water drijft wat zuurstof onttrekt en soorten vernietigd.'
‘Het ministerie zegt terecht dat ze in 2040 volledig duurzaam willen zijn’
Scholte stelt dat er ruim 9 miljoen kilo gif per jaar de grond intrekt, om nog maar te zwijgen over de schadelijke effecten die stikstof en fijnstof veroorzaken. 'Dat soort zaken zijn niet duurzaam, en het ministerie zegt terecht dat ze dat in 2040 verleden tijd willen maken.'
'Naar de klote'
Hij krijgt bijval van retailconsultant Paul Moers. Volgens hem gaat de wereld 'keihard naar de klote' op de manier waarop men nu bezig is. Dat heeft alles te maken met de grote race to the bottom: 'Alles moet goedkoper en goedkoper', zegt hij. 'Supermarkten reageren op de consument die dat wil, en leggen de verantwoordelijkheid bij de boeren neer om aan schaalvergroting te doen en oplossingen te bedenken om de prijs zo laag mogelijk te krijgen. Daarmee zitten we volledig op de verkeerde weg.'
Lees ook | Volt en PvdD willen van stikstofdeadline 2030 af
Dat betekent echter niet dat de situatie uitzichtloos is, benadrukt Moers. Het streven om in 2040 volledig duurzame landbouw te hebben, is volgens hem prima haalbaar. Zeker als hij kijkt naar landen rondom Nederland. Zo is 42 procent van de landbouwgrond in Liechtenstein volledig biologisch, en beschikt Estland over 22,4 procent aan biologische grond. Ook Duitsland heeft de wens om richting 30 procent te gaan. En dat is goed nieuws, denkt Moers. 'Als zij die stappen al kunnen zetten, kunnen wij dat ook.'
Niet realistisch
Scholte houdt er een negatiever standpunt op na. Hij vindt dat als er realistisch wordt gekeken naar de definities van 'werkelijk duurzaam', het teveel omhanden heeft. 'Om op watergebied binnen de Europese kaderrichtlijnen te komen, moeten we verduurzamen', duidt hij. 'En wat betreft de biologische landbouwgrond, moeten we in 2030 op zo'n 25 tot 30 procent zitten. Daar bovenop nog zo'n 10 à 20 procent in 2040. Dat is binnen bereik.'
Lees ook | Wopke Hoekstra: 'Het gaat evident niet goed'
100 procent duurzaamheid echter, op alle dimensies waarin verduurzaamd moet worden, acht Scholte niet haalbaar. Daarvoor moet volgens hem ook gedacht worden aan geïmporteerde maatschappelijke kosten, zoals de kap van een Braziliaans regenwoud voor de aanleg van sojaboerderijen, of cacaoketens die gebruikmaken van kinderarbeid via de Amsterdamse haven binnenkomen. 'Je moet ook naar dat soort zaken kijken als je het hebt over 100 procent duurzaamheid.'