Het goede nieuws: volgens de modellen is een emissievrije elektriciteitssector nog steeds mogelijk in 2035 voor ontwikkelde economieën en in 2040 voor opkomende economieën. Maar, in realiteit loopt nagenoeg elk land fors achter op schema. Dat blijkt uit een rapport van kredietverzekeraar Atradius.
‘Je ziet dat de investeringen in hernieuwbare energie met ongeveer 6 procent per jaar stijgen. Maar dat is niet snel genoeg’
Het emissievrij maken van de elektriciteitsopwekking is een belangrijke stap richting de zero-emissiedoelstellingen voor 2050. Maar tussen nu en 2035 en 2040 moet er nog enorm veel gebeuren, willen we dat doel halen.
'Je ziet wel dat de investeringen in hernieuwbare energie met ongeveer 6 procent per jaar stijgen', zegt De Hoog. 'Maar dat is niet snel genoeg. Het moet zeker drie keer zo snel.'
Teruggrijpen naar steenkool
Op enkele uitzondering na zijn de doelstellingen van landen op het vlak van de elektriciteitsopwekking niet ambitieus genoeg, stelt de econoom vast. 'En van de doelen die er wel zijn, zijn de meesten nog ver verwijderd.' Hij verwacht dat we met het huidige tempo op een jaarlijks investeringstekort van 650 miljard euro in de tweede helft van dit decennium uitkomen.
Lees ook | Duitsland gaat nog harder inzetten op hernieuwbare energie
Een kwalijke evolutie is volgens hem dat in de nasleep van de coronapandemie, waar een piek volgde in de vraag naar stroom, veel landen teruggrepen naar steenkool. 'Dat is veruit de meest vervuilende energiebron. We verwachten wel dat het weer gaat afnemen, maar zeker in crisistijd is het een makkelijke oplossing om op terug te vallen.'
Clubje van veertien
Wat je nu volgens De Hoog ziet is dat drie kwart van de wereldwijde uitstoot veroorzaakt wordt door veertien landen. 'Je hebt dus een select clubje dat het lot van de wereld in handen heeft.' Daarmee is duidelijk waar de grootste winst te halen valt. 'Maar de uitstoot in ontwikkelende economieën neemt het snelst toe', aldus De Hoog, 'want daar neemt ook de vraag naar elektriciteit het hardst toe.'