In de coronaperiode is het aantal winkels wel afgenomen omdat er in 2020 vestigingen verdwenen. Ten opzichte van begin 2020 zijn er 0,4 procent minder winkels. In 2010 piekte het aantal winkels in Nederland. Toen waren er ruim 13.000 stenen winkels meer dan begin dit jaar.

Van alle winkels vormen kledingwinkels de grootste groep. Ongeveer een op de zes winkels verkoopt kleding. Winkels die huishoudartikelen verkopen en supermarkten zijn allebei goed voor 8 procent van het winkelbestand.
Lees ook | 'Inflatie gaat de goede kant op, maar nog niet erg hard'
Meting klopt mogelijk niet
Uit cijfers van Locatus, dat de leegstand volgt, blijkt juist een tegenovergesteld beeld. Directeur Gertjan Slob meent dat ook in 2021 het aantal fysieke winkels verminderde. 'Wij zien nog steeds een daling. Wij gebruiken dan ook een andere manier van meten.' Volgens Slob neemt de daling wel af in vergelijking met de jaren ervoor. Er schort volgens Slob dan ook iets aan de manier van meten van het CBS. 'Het CBS kijkt naar inschrijvingen bij de Kamer van Koophandel, wij lopen juist echt fysiek door de winkelstraten. Bij de inschrijvingen ben je altijd vrij om het zelf aan te geven. Daar zit waarschijnlijk wat vervuiling tussen. Mensen die een webwinkel hebben gestart in coronatijd hebben misschien nog een webwinkel ernaast geopend, maar dat niet helemaal zuiver ingeschreven', zo luidt de redenering van Slob.
Lees ook | Motie roept kabinet op ruimhartiger om te gaan met belastingschulden ondernemers
Webwinkels
Terwijl het aantal fysieke winkels sinds 2010 dus daalt, is het aantal webwinkels juist sterk toegenomen. In 2020 nam het onlinewinkelen al een flinke vlucht door corona. Ook vorig jaar groeide het aantal webwinkels weer sterk, met 28 procent.