Financieel15 nov '22 19:56Aangepast op 23 nov '22 11:43

Veel vraagtekens bij invoering digitale euro: 'Hervorming financieel stelsel nodig'

Auteur: BNR Webredactie

Als de EU een digitale euro wil invoeren, dan moet het financiële stelsel grondig op de schop. Dat zeggen Teunis Brosens, hoofd digitale zaken en regulering bij ING en Martijn Jeroen van der Linden, lector New Finance aan de Haagse Hogeschool. 'Er wordt vrij technisch over de digitale euro nagedacht (...), maar dat roept een aantal vragen op', zegt Brosens.

Het idee achter de invoering van een publieke digitale euro is dat het geld weer in handen geeft van de samenleving en niet van private instanties, zoals banken. 'Het financiële systeem is globaler geworden en het idee heeft lang geleefd dat het geldsysteem aan de markt is overgelaten. Ook zijn we verder met digitalisering. De afgelopen decennia hebben banken hun processen gedigitaliseerd, net zoals onze bankrekeningen', zegt Van der Linden, die recent promoveerde aan de TU Delft. 'Het publieke geld, munten en biljetten, zijn echter nooit geüpdatet naar het digitale tijdperk.'

Podcast | Het nieuwe geld: hoe ziet het toekomstige monetaire systeem eruit?

Met de digitale euro wordt werk van gemaakt vanuit de Europese Centrale Bank. 'Een steeds bredere groep van centrale bankiers en politici zegt nu dat het geldstelsel een publiek belang heeft en dat daar een publieke vorm van geld bij moet', meldt de lector. Dat die digitale euro er komt, is daarmee ook wel zeker. De vraag is echter hoe dit nieuwe geldmiddel vorm krijgt, zo vertelt Brosens. 'Er wordt gekeken hoe het ingepast kan worden in het huidige financiële stelsel, zonder daarbij als een olifant door een porseleinkast te gaan.'

Als de EU een digitale euro wil invoeren, dan moet het financiële stelsel grondig op de schop. Dat zeggen Teunis Brosens, hoofd digitale zaken en regulering bij ING en Martijn van der Linden, lector New Finance aan de Haagse Hogeschool.
Als de EU een digitale euro wil invoeren, dan moet het financiële stelsel grondig op de schop. Dat zeggen Teunis Brosens, hoofd digitale zaken en regulering bij ING en Martijn van der Linden, lector New Finance aan de Haagse Hogeschool. (Markus Spiske)

Maar Brosens heeft vraagtekens bij deze vorm van invoering. 'Wat win je dan eigenlijk en wat is het voordeel voor de eindgebruiker? Ook kan je hiermee ongewenste bij-effecten creëren, zoals het in de kaart spelen van big tech-bedrijven door hen een digitale vorm van geld aan te reiken.' Brosens zelf denk dat de digitale euro wel het voordeel heeft dat er geldzekerheid komt. 'Als er ooit in de verre toekomst geen cash meer is, dan moet er een optie zijn om van je bankrekening af te komen. Daarvoor zou digitaal publiek geld beschikbaar moeten zijn.'

'ECB wil digitale euro niet té succesvol'

'Je zou dat dan kunnen omzetten', is het idee dat Brosens erbij heeft. 'Er wordt echter een moeilijke evenwichtsoefening gedaan. De ECB zegt namelijk dat ze het wel succesvol willen hebben, maar ook niet té succesvol. Want dat zou ook ongewenste effecten op het stelsel kunnen hebben.' Brosens denkt dan ook dat er gekeken moet worden naar een optie van een digitale vorm van geld, ingepast in een ander financieel stelsel. En dat hoeft volgens hem niet op de korte termijn ingepast te worden, maar pas op de langere termijn.

Lees ook | ECB vraagt ook Amazon voor ontwikkeling digitale euro

Dat nieuwe stelsel is nodig omdat het huidige stelsel niet stabiel genoeg is, denkt Van der Linden. 'Binnen het huidige stelsel zijn we zeer afhankelijk van bankgeld, wat een fragiele vorm van geld is dat alleen kan domineren als er publieke vangnetten zijn. Dat zou die publieke digitale euro juist kunnen oplossen. Dat is geld wat zonder een vangnet kan bestaan.' Maar dit ideaal lijkt ver weg te zijn voor centrale bankiers die de digitale euro 'technocratisch en technisch maken, in plaats van operationeel', ziet de lector.

Veel voorwaarden

Centrale bankiers en politici willen namelijk allemaal voorwaarden stellen bij een digitale euro. Zo zouden toezichthouders en autoriteiten bij transacties boven een bepaald bedrag kunnen meekijken, om zo risicotoetsen uit te voeren. Daarnaast bestaan er veel vraagteken over in hoeverre zo'n digitale euro ook privacy-technisch uitgevoerd kan worden.

Luister ook | Nog heel veel vraagstukken rond digitale euro

Daarom zouden zowel publiek geld als dat private financiële stelsel naast elkaar moeten bestaan, zo denkt Van der Linden. Daarbij zouden toezichthouders bij de private sector wel toezicht moeten houden, maar dan vooral op het gebied van consumentenbescherming en het tegengaan van fraude. De lector vindt namelijk dat autoriteiten zich nu teveel bezighouden met de bedrijfsvoering van private banken. 'Daardoor raken publiek en privaat steeds verder vermengd en worden centrale banken verantwoordelijk voor de winstgevendheid van commerciële banken.' Volgende week houdt de Tweede Kamer een debat over deze kwestie.


Deel dit artikel

Gerelateerde artikelen