BNR's huiseconoom Han de Jong legt uit dat de strengere regels werden ingevoerd omdat banken in problemen kwamen aan de zakelijke kant van het bankieren. 'Dat is erg risicovol. En wanneer het gecombineerd wordt met consumentenbankieren, dreigen gewone spaarders hun spaargeld kwijt te raken als de bank in de problemen zou komen.'

Daardoor moest de Britse overheid tijdens de bankencrisis te hulp schieten, wat tientallen miljarden heeft gekost. 'Er zijn allerlei maatregelen genomen om de risico's te verminderen en de solvabiliteit te versterken', vertelt De Jong. 'De strikte scheiding, ook wel ringfencing genoemd, zorgde voor een scheiding van de zakelijke activiteiten en de consumentenactiviteiten.'
Lessen uit de VS
Nu de Britse regering de regels voor een aantal minder grote banken wil loslaten, is de hoop dat bankieren goedkoper wordt. 'Het aanhouden van eigen vermogen is duur voor een bank, dit is dus een versoepeling van solvabiliteitseisen', stelt De Jong.
Lees ook | Econoom waarschuwt voor hoge inflatie in 2023: 'Pas dan voelen mensen het'
De huiseconoom vraagt zich wel af of er een gevaar achter zit. 'Ik denk dat de risico's wel meevallen. De echt grote banken moeten zich nog aan de regels houden. Wel doet dit me denken aan de Verenigde Staten tijdens de depressie van de jaren '30.' Destijds werden ook regels ingevoerd op het gebied van ringfencing. Die liet men echter in de jaren '90 weer los, waarna tien jaar later de bankencrisis uitbrak. 'Daaruit hebben de Amerikanen de les getrokken dat zaken- en consumentenbankieren strikt gescheiden moeten blijven. (...). Dit is niet zonder risico's.'