
Door de reddingsoperatie is de Amerikaanse overheid de facto eigenaar van Silicon Valley Bank, zo weet Boot. 'Het komt erop neer dat alle depositohouders - verzekerd of onverzekerd - uit de wind zijn gehouden', zegt hij.
Lees ook | Omvallen Silicon Valley Bank: 'Het wordt geen crisis als in 2008'
En hoewel er niets anders verwacht werd, legt het de vinger volgens Boot op de zere plek. Hij benadrukt dat de bank niet goed werd geleid, wat uiteindelijk tot een bankrun leidde. 'De bank had geweldige risico's genomen met geld van met name venture capital-bedrijven', vervolgt Boot. 'Het waren bijna allemaal spaargelden die ze hadden, die boven de Amerikaanse verzekeringslimiet (250.000 dollar, red.) zaten.'
Kwijt
In principe is dat geld dus verloren, zo stelt Boot. Hij vindt tevens dat er beter nagedacht had moeten worden over waar Silicon Valley Bank het geld parkeerde. Temeer omdat het geen eigen kapitaal was, maar het kapitaal van professionele partijen. 'Daar had beter over nagedacht moeten worden.'
‘Daar had beter over nagedacht moeten worden’
De situatie rondom Silicon Valley Bank geeft tevens aan welke invloed geruchten alleen al hebben op een bank. In dit geval zoemden er verhalen rond dat de bank slecht geleid werd, en dat er geld verloren werd. 'Dat komt omdat ze geld vast hadden gezet in langere obligaties, terwijl de rente opliep', nuanceert Boot. 'Die waardes kelderden.'
Eigen vermogen
Om het gat te dichten, wilde Silicon Valley Bank eigen vermogen gebruiken. Maar op het moment dat de bank dat bekendmaakte, kwam er een stormloop van investeerders op gang die hun belang uit de bank wilden trekken. Zo ook de professionele partijen, benadrukt Boot. 'En dan zit de bank meteen klem, want ze zouden alle andere obligaties en activiteiten en assets moeten verkopen om de terugbetaling te kunnen doen. Daarmee zou de bank in een negatieve spiraal terechtkomen, omdat er dan telkens grotere verliezen zouden ontstaan. En dus volgde er een faillissement.'
Reddingsactie
Een faillissement dat vervolgens opgelost diende te worden door de Amerikaanse overheid, maar uiteindelijk op het bordje van de Amerikaanse burger komt te liggen. Volgens de Amerikaanse minister van Financiën Janet Yellen mogen alle banken er in principe van uitgaan dat alle spaar- en depositogelden verzekerd zijn, en dat de overheid in zal stappen op het moment dat er een probleem is.
‘Banken kunnen goedkoop geld aan blijven trekken op elk niveau’
'Het betekent in feite dat banken goedkoop geld aan kunnen blijven trekken op elk niveau', vervolgt Boot. 'Maar het betekent ook dat als iemand een paar miljoen heeft, diegene het blind bij een bank kan parkeren', zegt hij. 'Dat is geen verantwoorde manier om een systeem te runnen.'
Veilig parkeren
Boot vindt dat er dan ook geen sprake is van het geld veilig kunnen wegzetten. De bank kan er immers mee doen wat ze willen. 'Het is alleen maar veilig omdat de overheid ertussen springt', zegt hij. 'Wat dus eigenlijk de belastingbetaler is. Zij dekken het risico van de bank af.'
Lees ook | Amerikaanse overheid geeft klanten failliete bank toegang tot tegoeden
Hij voorziet een oplossing in een fatsoenlijke toezichthouder, zoals dat vroeger het geval was. Boot stelt dat er toen sprake was van een paar grote banken met veel eigen vermogen. 'Je hoefde maar een paar mensen bij elkaar te roepen, en je had het establishment aanwezig. Alles werd geregeld.'
‘Het financiële systeem is té fluïde geworden’
Maar volgens Boot is een dergelijke constructie vandaag de dag volstrekt onmogelijk. De reden? Het financiële systeem is té fluïde geworden. 'Wat is een bank en wat niet, waar zet je je geld neer, waar is je geld morgen? Door informatietechnologie is het mogelijk om geld meteen te verschuiven. Er is geen enkele toezichthouder in staat om dat in de hand te houden', concludeert Boot.