Rode Kruis helpt vluchtelingen die terug naar Syrië willen
In de eerste maanden van dit jaar keerden al meer Syrische vluchtelingen terug naar huis dan in heel 2017. Het Rode Kruis start een hulpactie, omdat deze mensen thuis vrijwel niets aantreffen.
'Mensen willen toch terug naar waar ze vandaan komen, ook al staat daar niks meer', vertelt Juriaan Lahr, hoofd internationale hulp van het Rode Kruis. Vooral binnen Syrië zelf keren ontheemden massaal terug naar hun huizen. Volgens de Verenigde Naties ging het in de eerst helft van dit jaar naar schatting al om zo’n 750.000 mensen. Lahr ziet 'bijna geen' Syrische vluchtelingen die tegenwoordig in Europa wonen terugkeren. 'Die vinden het meestal nog niet veilig genoeg.'
Syriërs die wel terugkeren gaan vooral naar wijken rondom steden als Homs, Aleppo en Oost-Ghouta en Daraa waar afgelopen tijd de hevige gevechten eindigden. Hun huizen zijn echter veranderd in karkassen vol puin. Geld om de woningen te herstellen hebben de terugkeerders niet. Het Rode Kruis helpt Syriërs met kleine reparaties om hun huizen weer leefbaar te maken, zorgt voor voedsel, schoon drinkwater, psychische en medische hulp. Ook krijgen zij een startkapitaal, waarmee ze een winkeltje kunnen openen of hun land weer kunnen gaan verbouwen.
In andere delen van Syrië gaat de oorlog onverminderd door. Dit zorgt voor nieuwe vluchtelingenstromen, zoals in Swaida, bij de Golanhoogte en in Idlib bij de grens met Turkije.