Koerden en regime Assad slaan handen ineen
Syrië stuurt na een bloedig weekend troepen naar het noorden, om de Koerden te helpen tegen de Turkse inval. Vannacht sloten Koerdische milities die in Noord-Syrië tegen de Turken vechten een deal met het leger van president Bashar al-Assad, om de opmars van de Turkse troepen in het Koerdische deel van Syrië te stuiten.
Inmiddels maken internationale persbureaus melding van meer dan honderdduizend mensen die uit het gebied zijn gevlucht en tientallen doden, onder wie enkele journalisten. Ook is een Koerdische politica geëxecuteerd door een pro-Turkse rebellengroep. Honderden IS-vrouwen en kinderen wisten te ontsnappen uit een gevangenis in het gebied.
Gebied controleren
Uiteindelijk ligt een status quo ante bellum voor de hand, waarbij de Koerden en het regime controle over leger, politie en olie verdelen, zegt Lambrecht Wessels, conflictanalist en Syrië- en Midden-Oostenspecialist. 'Dan zijn de Koerden veiliger dan ze onder de Turken zouden zijn. Assad heeft niet de middelen om te herbouwen en ook niet om het gebied te controleren.'
Een vuist maken
De Koerden en het Syrisch regime hebben ondanks grote controverses altijd het besef gehad dat ze het alleen niet zouden redden als de Amerikanen zouden vertrekken, meent Wessels. 'In bepaalde gebieden in het westelijke gebied kunnen ze samen inderdaad een vuist maken. Daar hebben ze de afgelopen weken al op voorgesorteerd door stukken over te laten nemen door het regime.'