
Onder het toeziend oog van honderden parlementsleden, ambtenaren en gasten, die zich in het Huis van Afgevaardigden hadden verzameld, begon Marcos zijn toespraak met een verhandeling over de economie, de snel stijgende inflatiecijfers en brandstofprijzen. Marcos beloofde dat het Filipijnse bruto binnenlands product tijdens zijn ambtstermijn met maar liefst 8 procent zou groeien. Ook beloofde hij dat het armoedecijfer tegen 2028 tot onder de 10 procent zou dalen en dat een vernieuwd belastingsysteem tegen volgend jaar meer inkomsten zou opleveren.
Hij zei ook dat hij het infrastructuurprogramma van zijn voorganger Rodrigo Duterte zou uitbreiden, onder meer door modernisering van het Filipijnse spoorwegnet van de Filippijnen te moderniseren.
Economische achterstand
Onduidelijk bleef echter hoe Marcos zijn economische doelstellingen wil verwezenlijken. De Filipijnse inflatie tikte in juni 6,1 procent aan, het op één na hoogste van Zuidoost-Azië. De Filippijnen hebben daarnaast met 6 procent het hoogste werkloosheidscijfer in de regio. Volgens de Filipijnse denktank IBON heeft het land de op vier na slechtst presterende economie van de 10 landen in de Association of Southeast Asian Nations (ASEAN).
Geen gewag van mensenrechten
Tijdens de een uur en 14 minuten durende toespraak slaagde Marcos erin om enkele zeer prangende kwesties niet te noemen zoals 's lands beruchte mate van corruptie, de persvrijheid die onder vuur ligt en de situatie van de mensenrechten. Onder Marcos' voorganger Duterte (die een goede vriend van de Marcos-familie is en wiens dochter Sara nu vice-president is), verslechterde de situatie sterk. In de strijd tegen de drugscriminaliteit kregen politie en doodseskaders de vrije hand om (vermeende) drugshandelaren naar eigen bevind standrechtelijk te executeren.
Tijdens de toespraak van Marcos marcheerden duizenden demonstranten om gerechtigheid te eisen voor slachtoffers van mensenrechtenschendingen tijdens het twee decennia durende bewind van Marcos Jr's overleden vader, de dictator die in 1986 tijdens een opstand werd afgezet.