'Afgelopen nacht zijn we nog bezig geweest, maar we gaan nu in een ander gebied van de stad aan de slag', zegt Jop Heinen, woordvoerder van het USAR-reddingsteam. Het team is ook om advies gevraagd bij een reddingspoging van een team uit een ander land. 'Een minderjarige jongen die nog aanspreekbaar is zit nog vast, maar het blijkt onmogelijk om hem te bevrijden. Onvoorstelbaar verdrietig.'
Lees ook | Ruim 11.000 doden na aardbevingen in Turkije, Erdogan bezoekt rampplek
Het USAR-team bestaat uit medewerkers van de politie, brandweer, ambulancediensten en Defensie die hiervoor speciaal zijn getraind. Ook zijn er acht reddingshonden. De vier reddingsgroepen werken 24 uur per dag, zeven dagen in de week in wisselende diensten.

Er zijn volgens USAR nog veel signalen van mensen die onder het puin zitten. 'We hebben soms contact met mensen die ingesloten zitten. Die zitten redelijk veilig, maar kunnen er niet uit', vertelt Heinen. 'We zien soms dat mensen het heel lang volhouden, we blijven zoeken en redden zolang dat kan.' Meestal geldt 72 uur als kritieke overlevingsgrens voor mensen die begraven liggen onder puin.
Lees ook | 'Koud weer maakt overlevingskans kleiner'
Sinds woensdag coördineert het team ook de inzet van andere internationale reddingsteams die in het gebied actief zijn. Dat gebeurt op verzoek van de Turkse autoriteiten. Er zijn teams uit onder andere het Verenigd Koninkrijk, Italië en Zwitserland en er komen er nog meer. 'De teams komen overal vandaan, zelfs uit Oekraïne', zegt Heinen.
Meer dan 15.000 doden
Het aantal doden in Turkije en Syrië door de zware aardbevingen van maandag is gestegen tot meer dan 15.000. In Turkije zijn volgens tellingen van de autoriteiten en hulpverleners zeker 12.391 mensen omgekomen. In Syrië staat het dodental op 2992. Daarmee komt het totaal op 15.383.
Reddingswerkers in de Turkse stad Kahramanmaraş hebben 73 uur na de verwoestende aardbevingen een 5-jarig meisje en haar ouders gered. Hoe ze er aan toe zijn is niet bekend.