Watergate en ontslag Comey: te vergelijken?
De Watergate-affaire is trending op social media door het plotselinge ontslag van FBI-topman James Comey. Binnen dertig seconden nadat het ontslag bekend werd, was op de socials de link met Watergate gemaakt. Maar hoe terecht is dat?
Ter herinnering: de Watergate-affaire voltrok zich in de jaren '70 omtrent de Amerikaanse president Richard Nixon. Uit onderzoek van de journalisten Bob Woodward en Carl Bernstein (The Washington Post) bleek dat bij de presidentsverkiezingen van 1972, waarbij de Republikein Nixon won, ongeoorloofde methodes waren gebruikt tijdens de campagne. Zo werd er ingebroken in het hoofdkantoor van de Democraten, op verzoek van de Republikeinen. Het schandaal leidde tot het aftreden van Nixon.
Overeenkomst
De overeenkomst is dat in beide gevallen degenen die het onderzoek naar de Amerikaanse president leidden, voor het afronden van het onderzoek zijn ontslagen, zegt Amerikadeskundige Koen Petersen.
'Een verschil is dat in het geval van Watergate, Nixon stelde dat de onderzoeker partijdig was en daardoor het onderzoek niet deugde', zegt Petersen, 'terwijl Trump over Comey gezegd heeft dat hij de emailkwestie rond Clinton verkeerd heeft behandeld. Daar wordt niet over het onderzoek naar de president zelf gesproken'. Maar de kwestie kan echter ook anders worden uitgelegd; Trump zou Comey hebben ontslagen vanwege zijn onderzoek naar vermeende connecties van de Trump-campagne met Rusland.
Verschillen
Trump staat volgens Petersen volledig in zijn recht Comey te ontslaan, omdat hij ambtenaar was. Bij Watergate was dat anders. De toenmalige minister van Justitie had een speciale aanklager benoemd, die volledig vrij zijn werk kon doen in zijn onderzoek naar de president en enkel kon worden ontslagen door de minister. Nixon eiste van zijn minister dat hij de aanklager ontsloeg, die dat op zijn beurt weigerde en aftrad. Zijn opvolger weigerde ook. Pas de derde minister ontsloeg uiteindelijk de aanklager.
Wetsovertreding
Een ander verschil is dat bij Watergate duidelijk de wet was overtreden, zegt Petersen, die refereert naar de inbraak in het hoofdkantoor van de Democratische Partij. 'Daar was een duidelijke link tussen medewerkers van de president en de inbrekers. Dat lag als feit op tafel.' Bij het FBI-onderzoek rond Rusland moet nog blijken wat er aan de hand is en hoe bewijsbaar dat is.
Conclusie: meer verschillen dan overeenkomsten.