
Ik realiseerde me ineens hoe normaal ik het vind wanneer iemand zegt moeite te hebben met homoseksualiteit. En dat ik daarin lang niet de enige ben. Zo iemand is in Nederland niet per se een sociale paria. En ik vroeg me ineens af: waarom niet?
Iemand die hardop zegt dat hij problemen heeft met een donkere huidskleur, behoort tot een marginaal groepje en oogst alom verachting.
Maar is afwijking van de heteronorm in het spel, dan ontstaat toch ineens ruimte voor grijstinten. Dan is het best begrijpelijk dat een familie verdrietig is over de geaardheid van een zoon of dochter. En dat een derde van de Nederlanders het aanstootgevend vindt wanneer twee mannen zoenen, doet geen storm van verontwaardiging opsteken. Wanneer een imam zegt dat je homo’s niet moet verstoten, uitschelden of mishandelen omdat het oordeel over deze zonde aan Allah is, wordt zoiets dankbaar aanvaard als vooruitgang. Ach, het is niet iedereen z’n kopje thee - hoeft toch ook niet?
Niet eerder dan in deze verdrietige week zag ik zo helder hoe krankzinnig dat allemaal is. Het is krankzinnig om je een opvatting aan te meten over het geslacht van de persoon waar iemand anders verliefd op wordt, waar iemand anders seks mee heeft.
We zijn in Nederland te snel tevreden. Dat iedereen die niet-hetero is nog ’uit de kast moet komen’, staat nauwelijks ter discussie. Nog steeds zijn andere geaardheden geen vanzelfsprekende variaties. Dat elke dag jongeren worstelen omdat ze denken, nee: weten, dat er mensen zijn die zullen vinden dat iets aan hen niet deugt, wordt als gegeven beschouwd.
We kloppen ons op de borst omdat dit een van de beste plekken is voor homo’s. Maar negeren dat dat een gevalletje eenoog koning is, omdat de omstandigheden in het grootste deel van de wereld zo diep bedroevend zijn. Daar gaat de strijd voor gelijkberechtiging van niet-hetero’s zó traag, dat je went aan de status quo. En dat is fout. De schutter in Florida was een extreem geval, maar het echte probleem is de grondgedachte dat met vrijwillige relaties tussen volwassen mensen überhaupt iets mis kan zijn.
Nederland liep voor met de openstelling van het huwelijk. Maar we zijn er nog lang niet. Slechts één norm zou acceptabel moeten zijn: onvoorwaardelijke, volledige gelijkwaardigheid. Wie afkeer voelt als twee mannen elkaar genegenheid tonen, zou naar een goede therapeut moeten om te onderzoeken wat er mis met hém is. Elk beetje moeite met niet-hetero zijn, hoe klein ook, is achterlijk. Zo achterlijk als zwarten niet van een fonteintje laten drinken. Als heksenverbranding. Als zeggen dat de aarde plat is.