Vrijwel alle schuldeisers van DSB krijgen geld terug
De curatoren van de in 2009 omgevallen DSB-bank hebben een aanbod gedaan waarbij bijna alle schuldeisers hun vorderingen krijgen terugbetaald, mits ze afzien van rente en schadeclaims.
Het gaat om in totaal 30.000 consumenten die gedupeerd werden door het faillissement. Hun vorderingen hebben een totaalbedrag van 3,8 miljard euro. Achtduizend van hen hadden meer dan 100.000 euro gespaard bij de bank. Tot een ton zijn zij al vergoed door het nationale depositogarantiestelsel, maar ook de bedragen erboven krijgen zij nu dus terug.
De andere groep bestaat uit 22.000 polisklanten waarbij de bank te veel provisie had gerekend. Zij hebben een schadeclaim in kunnen dienen, die nu vergoed zal worden. De meeste schuldeisers hadden het meeste geld, zo'n 74 procent van het totaalbedrag, al terug. In totaal gaat het om de laatste 90 miljoen die nu wordt uitgekeerd.
Mensen hoeven het aanbod van de curatoren niet te accepteren. Voordeel is dat door de rente het bedrag dat mensen dan kunnen verwachten sterk kan oplopen. Maar het zou ook jaren kunnen duren voordat ze hun geld terugkrijgen, en of dat het volledige bedrag wordt is onzeker.
Ook DNB en andere partijen krijgen geld terug
Naast de consumenten hopen de curatoren ook andere schuldeisers op termijn terug te kunnen betalen. Bijzonder is dat naast consumenten ook De Nederlandsche Bank (DNB) een superachtergestelde lening ter waarde van 900 miljoen euro terugkrijgt. Curator Rutger Schimmelpenninck: "De DNB vertegenwoordigt in dit geval de Nederlandse banken. Zij kunnen, als er de komende periode geen nieuwe kredietcrisis uitbreekt, hun geld terugverwachten gedurende de komende vijf tot tien jaar." Daarnaast is er nog een lening van 30 miljoen bij financiële partijen en 2,6 miljard euro aan overige schulden.
De DSB-bank ging in 2009 failliet nadat Pieter Lakeman een oproep had gedaan aan consumenten om hun geld daar weg te halen. Volgens Lakeman waren er destijds zorgplichtclaims ter waarde van 2 miljard euro. Curator Schimmelpenninck zegt nu dat er wel degelijk problemen waren op dat gebied, maar dat die recentelijk zijn afgehandeld voor 300 miljoen euro. Op de vraag of de bank dan wel failliet had moeten gaan, antwoordt hij: "Mensen gingen geld opnemen omdat ze op dat moment geen vertrouwen meer hadden in de bank, dat is een feit."