CRM: 'Sommige mensenrechten zijn niet onderhandelbaar'
De Nederlandse regering moet heel scherp blijven op de ondergrens van mensenrechten. Dat is volgens Laurien Koster, voorzitter van het College voor de Rechten van de Mens, een absolute voorwaarde om niet door rechters op de vingers getikt te worden over de stand van de mensenrechten in ons land.
Bepaalde zaken moeten simpelweg niet onderhandelbaar zijn, stelt het college in de Rapportage Mensenrechten in Nederland. Een belangrijk onderdeel, dat volgens Koster door de hele samenleving heen loopt, is discriminatie, die mensen belet om volledig aan het maatschappelijk leven, het verdienen van geld en het zelfstandig zijn deel."
Het college richt zich specifiek op de plekken waar het nog niet vanzelfsprekend goed gaat, doordat wetgeving of beleid niet volstaat. Ze wijst op het feit dat mensen in kwetsbare posities bij uitstek minder makkelijk toegang hebben tot hun positie. Ze noemt in dat kader de al vaker gememoreerde situatie rond de Groninger gasboringen. "Pas recent is het kwartje gevallen dat veiligheid en het recht om rustig met je gezin in je huis te wonen hele basale mensenrechten zijn."
Goedbedoeld
Onder het mom van op zich goed bedoelde opsporing van strafbare feiten worden huiszoekingen, het intrekken van de nationaliteit en reisverboden uitgevaardigd. "Maak dat afhankelijk van een rechterlijke toetsing en doe dat achteraf. Dat zijn óók mensenrechten. Nederland doet het op veel punten goed: homoseksuelen, transgenders en mensen met intersekse-conditie ervaren in Nederland de voordelen van een ruimhartige aandacht voor hun rechten door de overheid."
Maar daar hoort ook bij dat je de rechten in eigen land centraal stelt. Alleereerst moet je bed, bad en brood niet afhankelijk maken van medewerking aan terugkeer, bepleit Koster. "Medewerking aan terugkeer van uitgeprocedeerde asielzoekers is een apart punt. Bed, bad en brood is een minimum-bestaansvoorwaarde voor een mens en daar hoor je geen voorwaarden aan te verbinden."