Wat is er afgesproken in het zorgakkoord?
Werkgevers, werknemers en het kabinet maakten woensdag afspraken over hervormingen in vooral de langdurige zorg. De belangrijkste afspraken op een rijtje.
- De
nullijn voor personeel in de zorg is van de baan, nu werknemers van 2014 tot en
met 2017 afzien van financiële extraatjes, bijvoorbeeld bij bevorderingen. In
het regeerakkoord zou dat pas vanaf 2016 gebeuren. De maatregel levert ruim
een miljard euro op, waarmee andere bezuinigen kunnen worden verzacht.
- Werknemers
in de zorg krijgen meer scholing om het niveau van de zorg in de ziekenhuizen
hoog te houden en er komen meer stageplaatsen. Zorgmedewerkers kunnen
makkelijker doorstormen naar een hoger niveau en er is 100 miljoen euro voor
het omscholen en begeleiden van mensen naar ander werk.
- Gemeenten
krijgen meer geld (530 miljoen euro) om de huishoudelijke verzorging te
bekostigen. In het regeerakkoord was afgesproken om de gemeenten 25 procent van
het budget te laten houden, maar dat wordt 60 procent.
- Meer
ouderen kunnen terecht in een verzorgingshuis en mensen die zelfstandig blijven
wonen, kunnen aanspraak maken op thuisverpleging. Ook meer mensen met een
handicap (lichamelijk en/of geestelijk) kunnen terecht in een instelling.
- In tegenstelling tot wat in het regeerakkoord stond, blijft de vergoeding van de dagbesteding en persoonlijke verzorging in 2014 behouden. Om dat te bekostigen (330 miljoen euro) volgt onder meer een korting op het tarief voor het persoonsgebonden budget (pgb).