Depla heeft de problemen aangekaart in zijn nieuwjaarstoespraak. Het is niet alleen frustratie, legt hij op BNR uit, maar ook “een wanhoopsoproep”. “We hebben in het afgelopen jaar hier in Heerlen alleen al 130 wietplantages moeten opruimen en dan hebben we nog niet eens alle signalen kunnen nagaan.”
Volgens Depla tieren de wietplantages in Nederland welig, “dankzij het halfslachtige gedoogbeleid van dit kabinet”.
Achterdeur
Het gedoogbeleid houdt in dat de verkoop van softdrugs wordt gedoogd, terwijl het telen van wiet niet wordt toegestaan. Depla: “Hoe de mensen aan hun spullen komen die zij verkopen, is een groot vraagteken. En als je dat vraagteken laat bestaan, weet je één ding zeker: dan duiken er criminele organisaties op, heb je geen controle op de kwaliteit van de productie en ontstaat er aan de achterdeur van de coffeeshops een crimineel gedrocht en een groot gezondheidsrisico.”
Daarom zou het kabinet volgens Depla moeten kiezen: een eind aan het gedoogbeleid, of ook de productie van wiet gedogen.