Woede Rutte over ontoegankelijke rampplek groeit met de dag
"Woest" is premier Rutte over het feit dat Nederland, Maleisië en Australië nog altijd niet de kans hebben gehad om gewoon fatsoenlijk onderzoek te doen op de rampplek van de MH17. "Die woede is in de loop der tijd alleen maar groter geworden."
Wat Rutte vooral steekt is het feit dat er inmiddels een staakt-het-vuren is, dat er sprake is van bufferzones die niet gehouden worden. Er zijn 298 mensen omgekomen die er niets mee te maken hebben. Het meest beschaafde wat er had kunnen gebeuren is dat die strijdende partijenten minste hadden kunnen zeggen dat ze Nederland en de andere getroffen landen de mogelijkheid hadden gegeven de site binnen te komen."
Het is op dit moment onverantwoord om als Nederland zelf onderzoek te doen naar de aanwezigheid van stoffelijke overschotten op de rampplek van de MH17, meent Rutte. "Ik begrijp heel goed dat nabestaanden niets liever willen dat wij daar zelf onderzoek kunnen doen, maar als minister-president heb ik er ook voor te zorgen dat het aantal slachtoffers niet verder groeit. Het zou op dit moment onverantwoord zijn om er met Westerse mensen naar binnen te gaan."
SES
Dat laat Rutte bij voorkeur over aan de SES, die de streek en de mensen wél kennen. "Daarom hebben we hen gevraagd om voor de winter invalt te bezien wat zij kunnen doen om in ieder geval persoonlijke bezittingen terug te halen. Ook als het voor de winter nog mogelijk is, gaan we terug. Normaal gesproken valt de winter er rond deze tijd in, maar als zich een kans voordoet, zullen we daar gebruik van maken."
Premier Rutte is blij met de excuses van minister Timmermans over de uitspraak die hij deed over een mondkapje bij een slachtoffer van MH17. In het tv-programma Pauw onthulde Timmermans dat één van de slachtoffers een mondkapje om de nek had, wat erop zou wijzen dat sommige mensen misschien nog bij bewustzijn waren toen het vliegtuig al was geraakt door een raket. Die uitspraak kwam Timmermans op een hoop kritiek te staan. Terecht, zegt premier Rutte tegen politiek verslaggever Jaap Jansen.