Politiek1 feb '13 16:56Aangepast op 1 feb '13 17:20

Duitse Energiewende inspireert minister Kamp

Auteur: Harmen Simon Teunis

Minister Kamp van Economische Zaken heeft in Berlijn tijdens zijn energie-trip met eigen ogen gezien hoe Duitsland omschakelt naar zon-, water- en windenergie. En daar kan Nederland wel iets van leren.

Het viel Kamp vooral op dat er weinig tegenstand van de bevolking is geweest bij het plaatsen van windmolens in Duitsland.

"Als je in Niedersachsen en Schleswig-Holstein gaat kijken, dan is daar erg veel windenergie. De bevolking heeft dat allemaal geaccepteerd. Je kunt ook zien dat de bevolking er zelf ook aan verdient omdat er zoveel mensen die zonne-energie en zonnepanelen op hun huizen hebben. Vooral in het zuiden van het land en het midden van het land is dat in grote mate het geval. De mensen worden er financieel beter van en hechten daar ook zeer aan", zegt Kamp tegen BNR-correspondent Derk Marseille.

Veel begrip voor TenneT
Daarnaast merkte Kamp op dat in er opvallend veel begrip bestaat voor stroomnetbeheerder TenneT, dat in 2012 nog aangaf moeite te hebben met de omslag in Duitsland richting duurzame energie.

"Het is zo dat TenneT een belangrijk deel van het Duitse hoogspanningsnet voor elektriciteit beheert en in eigendom heeft. Maar net dat gedeelte waar zij zitten, is tegen de kust aan. Dat betekent dat zij ook moeten zorgen voor de aansluitingen van wat er aan windenergie op zee terecht komt. Dat moet van grote afstand vanuit zee naar land worden gebracht en vervolgens op hun grootschalige netwerk worden gezet."

Dat zorgt er voor dat de beheerder veel moet investeren, en ook daar heeft men begrip voor, zegt Kamp. "Ik denk ook dat het terecht is. TenneT is een bedrijf dat voor grote uitdagingen staat, financieel en organisatorisch. Soms is er onduidelijkheid op wetgevings- of vergunningsgebied. Soms zijn er beperkingen bij hun leveranciers. Soms zijn er ook technische problemen om te doen wat er gedaan moet worden. En je moet natuurlijk enorme bedragen aan kapitaal bij elkaar zien te krijgen. Ik geloof dat er waardering bestaat voor de wijze waarop TenneT dat aanpakt."

Samenwerken en van elkaar leren
De minister ziet ook dat er nog veel gebieden zijn waar Nederland en Duitsland in kunnen samenwerken. En we kunnen van elkaar leren. Hij noemt de grote infrastructurele projecten als voorbeeld, maar ook de betrokkenheid van de bevolking daarin. "Aan de andere kant zijn wij erin geslaagd om onze procedure tot vergunningverlening en dus de start van de bouw van dit soort voorzieningen om dat zeer te verkorten. Ik denk dat wij minder dan de helft van de proceduretijd hebben in vergelijking tot Duitsland. Daar kunnen we van elkaar leren."

De planningen voor elektriciteitsvoorzieningen is een van de gebieden waarin samenwerking mogelijk zou zijn. Want plannen moeten zowel Duitsland als Nederland. "Je kijkt wat je nodig hebt en wat je kunt produceren. Soms van wind en zon, maar als het niet waait of de zon niet schijnt, moet je alternatieven hebben. Die planningen kun je heel goed op elkaar afstemmen. Verder is het zo dat er ook op het gebied van innovatie in beide landen veel kracht zit. Het is ook goed om daarin samen te werken en elkaar daarin te versterken."


Deel dit artikel

Gerelateerde artikelen