Asscher wil ook praten over de duur van de WW

Dit zegt Asscher zondag tegen Eva Jinek in het televisieprogramma Jinek op Zondag. "Er is 250 miljoen euro apart gezet voor sociaal beleid, daarmee kunnen we de WW-duur verlengen."

Volgens Asscher is het van het grootste belang dat er een sociaal akkoord wordt gesloten met werkgevers, werknemers en het kabinet. "De situatie is nijpend", zegt Asscher. "Dit is een 'gouden kans' voor de vakbeweging. Ik sta klaar met een zak geld en plannen om mensen weer aan het werkt te krijgen. We kunnen over alles praten."

Mandaat
FNV-leden hebben zich meermaals mordicus tegen de verkorting van de WW-duur uitgesproken. Om te kunnen onderhandelen met het kabinet, heeft Heerts echter een mandaat nodig van zijn achterban. Die heeft vrijdag gezegd dat Heerts mag gaan onderhandelen over het sociale beleid voor de komende jaren, maar zonder het huidige ontslagrecht en de WW-duur te verslechteren.

Nijpende situatie
Het Financiële Dagblad schreef zaterdag dat Heerts het met die beperking onmogelijk vindt om aan de onderhandelingstafel plaats te nemen. Asscher roept de vakbondsman echter op om dinsdag, bij de voortzetting van het sociaal overleg, gewoon aan tafel plaats te nemen. Hoewel de leden van de FNV zich dus al hebben uitgesproken over de gewenste bewegingsvrijheid van hun voorman, bepaalt de federatieraad maandag welk mandaat Heerts krijgt.

Schaduw
Hoewel het dus niet enkel Heerts is die de strategie bepaalt, spreekt de minister van Sociale Zaken hem wel direct aan. Hij daagt Heerts uit om 'over zijn schaduw heen te stappen'. "Ik ben het reuze met mezelf eens, maar het mooie is dat je compromissen moet sluiten en daar ben ik toe bereid." 

Vrijdag zei premier Rutte al dat het kabinet bereid is om over alle maatregelen in het pakket met de sociale partners en de oppositiepartijen te praten.

Verkorting WW-duur
In het regeerakkoord is opgenomen dat de maximale WW-duur in 2014 wordt verlaagd van 38 naar 24 maanden.

In de laatste 12 maanden gaat het niveau van de uitkering omlaag van 70 procent van het laatstverdiende loon naar 70 procent van het minimumloon.