De parallellen tussen schaken en formeren
Formeren is schaken voor gevorderden. Niet alleen volgens de beeldspraak, maar ook in werkelijkheid. De openingszet van een nieuwe pot schaken / formatiepoging was aan informateur Herman Tjeenk Willink.
Hij begon zijn persconferentie vandaag met een citaat uit 1994, van hemzelf. Hij was toen ook informateur een vreesde voor een minderheidskabinet. Grootmeester Hans Böhm ziet veel parallellen. ‘Je hebt de bekende patstelling, die heeft de politiek geleend uit de schaaksport. Je hebt "regeren is vooruit zien". Je mag de sportwereld en de politiek nooit één op één op elkaar leggen, maar er is zeker wel iets te melden.’
Eigen kracht, tijdsfactor en druk uitoefenen
Bij schaken zijn er een aantal zaken waar een schaker rekening mee moet houden. ‘Je moet uitgaan van eigen kracht, je moet een tijdsfactor naar je eigen belang toebuigen en je moet druk uitoefenen waardoor anderen water bij de wijn moeten doen of gaan bewegen in de richting die jij wilt’, vertelt Böhm.
‘Als je dat soort factoren op Tjeenk Willink toepast, dan zit het met die eigen kracht wel goed. Hij heeft de ervaring en de kennis. Dan die tijdsfactor. Hoe buigt hij dat om in zijn eigen voordeel? Een schaker zou een soort deadline stellen, zodat anderen weten dat de knoop wordt doorgehakt. Het is dan de vraag welke knoop je door moet hakken.' Als Böhm in de huid van Tjeenk Willink kruipt, is een minderheidskabinet in ieder geval een goede optie: 'Je hebt drie vaste partijen die samen 71 zetels hebben. Dat is geen grote minderheid. Een minderheidskabinet is in dit geval een krachtig iets’, vervolgt hij.