Pechtold zei eerder vandaag dat hij er nog niet aan toe is om de ChristenUnie uit te nodigen om samen met VVD, CDA en D66 te praten over de vorming van een nieuw kabinet. Hij wilde eerst weten wat informateur Herman Tjeenk Willink zelf te zeggen had over het gesprek met ChristenUnie-leider Gert-Jan Segers. Maar inmiddels lijkt Pechtold overstag. 'Uit het gesprek met Tjeenk Willink is me duidelijk geworden dat deel uitmaken van een kabinet niet aan de orde is. Ik heb zojuist ook gesproken met de collega's Rutte, Buma en Segers.'
Krappe meerderheid
Pechtold benadrukt nog eens dat een coalitie met de ChristenUnie een wel héél krappe Kamermeerderheid heeft. Om toch zijn meermalen uitgesproken ambitie van een 'stabiel kabinet dat progressief en conservatief verbindt' tot stand te brengen via de inhoud. 'U weet dat ik direct na de verkiezingen heb ingezet op een kabinet met GroenLinks. Ik heb het ook geprobeerd met SP en PvdA of combinaties daarvan. Die zijn allemaal niet gelukt en daardoor is er nu nog maar één mogelijkheid om een meerderheidskabinet te vormen. We willen serieus kijken of de verschillen te overbruggen zijn.'
Gewenste partner
Voor de ChristenUnie was door Pechtolds aarzeling lange tijd onduidelijk of zijn partij wel gewenst is. Segers ging vanochtend met twee vragen naar binnen bij Tjeenk Willink: is het nee van de PvdA een definitief nee en willen de drie onderhandelende partijen weer met de ChristenUnie om tafel? ‘Op vraag 1 is het antwoord binnen’, zei politiek verslaggever Jeroen Stans. ‘De PvdA is nu echt afgevallen. Maar die andere vraag, 'ben ik welkom?', was nog niet beantwoord. Gert-Jan Segers speelde natuurlijk wel hard to get.'
Mede daardoor moesten VVD, CDA en D66 nogmaals langs bij Tjeenk Willink. ‘Met name D66 moest wel eens aangeven of ze echt bereid waren met de laatste optie aan tafel te gaan zitten. Want alle andere opties waren van tafel: het werd niet GroenLinks, niet de SP en niet de PvdA. Segers moet hebben gedacht: mooi, laat Alexander Pechtold dat maar vastleggen. Als hij dat heeft, kan hij gaan praten.’