
Dat blijkt uit een onderzoek van de Universiteit van Utrecht in opdracht van sportkoepel NOC*NSF en het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS).
Concurrentiepositie
De ondervraagde sporters, coaches en technisch directeuren van de
Nederlandse sportbonden beoordelen het huidige topsportklimaat in
Nederland met een lager eindcijfer dan in 2008. Volgens de geraadpleegde
onderzoeksgroep staat vooral de internationale concurrentiepositie
onder druk. In het buitenland zijn ook volop ontwikkelingen aan de gang
om de nationale topsport naar een hoger niveau te brengen.
Genuanceerd positief
Aan het onderzoek hebben ook oud-sporters, talenten en het Nederlands
publiek deelgenomen. De resultaten zijn vastgelegd in het boek 'Bloed,
Zweet en Tranen en een moment van glorie'. Minister Edith Schippers
(Sport) nam donderdag in de Olympic Club van het Holland Heineken House
in Londen het eerste exemplaar in ontvangst. "Ik zie er een genuanceerd
tot positief beeld in. Mijn opvolger zal er veel aan hebben'', liet de
demissionaire Schippers weten.
Investeringen gegroeid
Het onderzoek is voor de vierde keer uitgevoerd, na eerdere metingen
in 1998, 2002 en 2008. In die periode zijn de investeringen in de
Nederlandse topsport sterk gegroeid: van 95 miljoen euro voor Sydney
2000, via 150 miljoen voor Athene 2004 en 172 miljoen voor Peking naar
211 miljoen voor Londen 2012.
Op bepaalde gebieden is het Nederlandse topsportklimaat aangenamer geworden, zo blijkt uit het onderzoek. Dat komt vooral door de gestegen investeringen, die sinds Sydney 2000 meer dan verdubbeld zijn. Daardoor is er meer ruimte voor talentherkenning en ontwikkeling, kunnen sporters en coaches fulltime aan de slag, kan er meer en beter worden getraind en zijn de accommodaties voor trainingen en wedstrijden verbeterd.
Somber
Het lagere eindcijfer voor het topsportklimaat komt volgens de
onderzoekers ook voort uit de verslechterde economische situatie in
Nederland. Daardoor is het perspectief van de ondervraagden ook wat
somberder.