Toch kunnen luchtaanvallen wel degelijk een aandeel leveren in de strijd tegen IS, maar dat aandeel is beperkt. De opmars van IS is te ver gevorderd om te kunnen volstaan met luchtaanvallen. In die zin heeft de VS de situatie lange tijd flink onderschat, beaamt Homan. "Obama heeft al gezegd dat de opmars van IS voor hem als een complete verrassing kwam. IS opereert in Syrië en Irak. En Syrië is een soort bakermat waar ook allerlei bases zijn waar buitenlanders een training krijgen om in Irak én Syrië tegen het regime van Assad worden ingezet."
Generaal Martin Dempsey, de hoogste militair van Amerika, waarschuwde vanochtend dat IS niet te verslaan is zonder ze ook in Syrië te bevechten. En daarmee lijkt Amerika zich verder in het conflict te mengen, constateert Homan. De doelstellingen van de VS worden duidelijk opgerekt. Tot voor kort was hun enige doel om de opmars van IS in Irak te stoppen. Dat is gelukt, maar ik denk dat met name de onthoofding van Foley ertoe geleid heeft dat IS met andere ogen wordt bekeken."
De nieuwe Amerikaanse doelstelling lijkt om IS ook daadwerkelijk te verslaan. Homan deelt de mening dat je ze daarvoor ook in Syrië aanpakken, al laten de Amerikanen zich nog niet uit over de manier waarop dat moet gebeuren. Aanvankelijk zullen de Amerikanen zich vooral beperken tot luchtaanvallen, verwacht Homan. "Maar wil je IS daadwerkelijk verslaan, dan moet je ook grondtroepen inzetten. Dat kan in Syrië door daar groeperingen te zoeken die ook in een strijd verwikkeld zijn met IS.