
De eerste onderdelen van het International Space Station (ISS) werden in 1998 de ruimte in geschoten. 'In principe was er bedacht dat het station 30 jaar mee zou moeten kunnen. Die voorspelling is dus aardig uitgekomen', zegt ruimtevaartdeskundige Luc van den Abeelen. Volgens hem is het een heel succesvol project, het is onder andere het grootste object dat ooit in de ruimte is gebouwd. 'Maar het is vooral een prestigeproject, een toonbeeld van internationale samenwerking.' ISS is een project dat gefinancierd wordt door Europa, de Russen, Japan, Canada, maar vooral door de Verenigde Staten.
Lees ook:: Na 45 jaar wil ESA terug naar de maan
Financiering vanuit het bedrijfsleven
Volgens technologiewebsite The Verge willen de Amerikanen nu vanaf 2025 stoppen met de financiering van het project. 'Er wordt gezegd dat het hele project zo'n 150 miljard dollar heeft gekost', vertelt Van den Abeelen. Volgens hem is het de vraag of dat door belastingbetalers moet worden opgehoest. Het argument is dat het project goed is voor de ruimtevaartindustrie. 'Misschien moeten zij dan ook maar het voortouw nemen in de financiering.' De ruimtevaartdeskundige denkt dat een bedrijf als SpaceX van Elon Musk hier bijvoorbeeld wel brood in zou kunnen zien. 'Misschien wordt het straks een hotel in de ruimte waar ruimtetoeristen kunnen verblijven.'