
Tweede Kamerlid Sjoerd Sjoerdsma van D66 ziet drie mogelijke alternatieven. Het minst aantrekkelijke alternatief, zegt hij, is de gang naar het Internationaal Strafhof. “Dat is het minst aantrekkelijk omdat zowel Rusland als Oekraïne daar niet bij is aangesloten. Maar ook omdat het Hof eigenlijk alleen maar vervolgt als het eigen land daartoe niet bereid of in staat is."
Dan hou je nog twee opties over, zegt de D66'er: “Een is als je gaat voor een gemengd tribunaal. Dat zou een beetje de Lockerbie-variant zijn, waarbij nationale en internationale rechters samenwerken. Dat zou neutraal grondgebied moeten komen. De tweede optie zou zijn als je zegt: we kijken naar onze eigen kwaliteit en we gaan het zelf doen.”
Makkelijker toegankelijk
Die laatste optie heeft niet alleen als voordeel dat het grote strafrechtelijke onderzoek niet hoeft te worden overgedaan. “Het tweede voordeel is dat het voor het overgrote deel van de nabestaanden dat Nederlands is makkelijker toegankelijk is.”
Het is heel moeilijk om een voorkeursoptie te kiezen, vindt Sjoerdsma. “Ik denk dat je de optie wil kiezen waarbij je nog enige kans hebt dat verdachten worden uitgeleverd. Maar probleem daarvan is dat we allemaal de plaatsvervangende Russische ambassadeur hebben gezien die afgelopen week in Nieuwsuur zei: ‘We zijn tegen een VN-tribunaal. Dat zou betekenen dat we verplicht zijn om Russische verdachten uit te leveren’.”