Het totale aantal geïdentificeerde slachtoffers bedraagt nu 173, onder wie 127 Nederlanders. De nabestaanden van de slachtoffers zijn op de hoogte gebracht, zo meldt het ministerie van Defensie. Het kan nog maanden duren voordat alle slachtoffers zijn geïdentificeerd.
Rutte
Het is nog onduidelijk wanneer de repatriëringsmissie in Oekraïne hervat kan worden. Volgens premier Mark Rutte zal dit pas gebeuren als de situatie op de rampplek voldoende stabiel is om er langere tijd te kunnen werken. Maar, zei Rutte, het kabinet blijft er alles aan doen om de slachtoffers en hun spullen terug te halen.
Rutte gaf aan dat hij niet kan garanderen of het speurwerk op de rampplek kan worden hervat voor in Oost-Oekraïne de winter invalt. "We doen er alles aan om onze mensen terug te halen, maar we doen dat op een manier zodat het aantal slachtoffers niet stijgt naar 299 of meer.'' De premier herhaalde ook "er serieus rekening mee te houden'' dat niet alle slachtoffers geïdentificeerd zullen kunnen worden.
Bij de vliegramp op 17 juli kwamen 298 mensen om het leven toen het vliegtuig waarin zij zaten, werd neergehaald boven Oost-Oekraïne. Onder hen waren 196 Nederlanders. Daarnaast zaten er mensen aan boord uit Maleisië, Australië, Indonesië, Verenigd Koninkrijk, België, Duitsland, Filipijnen, Canada en Nieuw-Zeeland.
De Tweede Kamer heeft een groot aantal schriftelijke vragen gesteld over de nasleep van de ramp. Die gaan onder meer over de bergingswerkzaamheden van lokale Oekraïense reddingswerkers. Het kabinet moet de vragen volgende week beantwoorden.