Verzekeraars CZ en VGZ maakten afgelopen week de tarieven bekend die ze uitonderhandelden met verschillende ziekenhuizen. En dat is nodig ook, vindt Ruys. 'Slechts 15 procent van de mensen die wij ondervroegen zei op de hoogte te zijn van die tarieven. Zelfs dat durven we te betwijfelen, en dat is zonde. Daar komt gelukkig verandering in: je kunt het nu weten. De rest van de verzekeraars zegt dat ze op korte termijn gaan volgen. De druk vanuit consumentenorganisaties is inmiddels zo groot, dat ze eigenlijk niet kunnen achterblijven.'
Drie keer duurder
De openbaarheid van de tarieven geeft consumenten al van tevoren veel beter inzicht in de kosten van een behandeling of een consult. De eerste 385 euro moet hij sowieso zelf betalen en voor 10 procent van de mensen komt daar nog eens 500 euro bij. Als je dan bedenkt dat 40 procent van alles wat in een ziekenhuis gebeurt onder de 1.000 euro ligt, is het volgens Ruys niet meer dan logisch dat je er meer transparantie komt rond de kosten van ziekenhuisbehandelingen. 'Bij hele simpele ingrepen zoals bij benauwdheidsklachten kan het ene ziekenhuis al drie keer duurder zijn voor dezelfde behandeling dan een ander ziekenhuis.'
Blindelings
Veel mensen weten simpelweg niet dat die verschillen zo groot kunnen zijn. Maar eenmaal met die prijsverschillen geconfronteerd laat 60 procent weten bereid te zijn naar een ander ziekenhuis te gaan - als de kwaliteit hetzelfde is en als het alternatieve ziekenhuis niet te ver uit de buurt is. 'Mensen volgen vaak blindelings het advies van de huisarts, terwijl een huisarts ook nauwelijks de tijd heeft om zich echt te verdiepen in wat voor jou de beste behandeling is. En of dat qua kosten het beste is, daar zijn mensen eigenlijk niet mee bezig.'