Demissionair kabinet investeert 8,5 miljard in onderwijs
8,5 miljard euro steekt het demissionaire kabinet in onderwijs. Met die enorme hoop geld moeten de corona-achterstanden worden weggewerkt. De demissionaire ministers van Onderwijs Arie Slob en Ingrid Van Engelshoven presenteerden dat Nationaal Onderwijsplan vanmiddag in een persconferentie en daar was verslaggever Hugo Reitsma bij.
Sociaal-emotioneel
De zorgen rond de emotionele gevolgen van de lockdown en waar protesterende jongeren als eerste om vroegen, zo snel mogelijk weer naar school, worden nog niet beantwoord met het plan van de ministers van Onderwijs. 'Ik snap dat ze daarnaar snakken. Dat uitzicht is er helaas nog niet. Ze mogen wel weten dat we zo hard als mogelijk bezig zijn om dat zo snel mogelijk weer toe te laten', zegt minister van Engelshoven tegen verslaggever Hugo Reitsma. 'We weten dat leerlingen heel veel hinder hebben gehad, ook sociaal-emotioneel, door de periode waarin ze nu leven. Het is belangrijk voor hun verdere schoolontwikkeling dat we hier aandacht voor hebben', zegt minister Slob.
Beluister ook | 'Financiering hogescholen niet langer houdbaar'
Nationaal Programma Onderwijs
Met een investering van 8,5 miljard euro in het onderwijs hoopt het demissionaire kabinet achterstanden in het onderwijs weg te werken die zijn ontstaan door de coronacrisis. De problemen moeten dus worden aangepakt met een Nationaal Programma Onderwijs. Verder komt er ieder jaar ook nog 645 miljoen euro bij als compensatie omdat er meer studenten zijn. Dit geld is bedoeld om de werkdruk te verminderen en extra personeel aan te nemen. Minister Van Engelshoven, belast met hoger onderwijs, wil dat het kabinet hier na de formatie alsnog een miljard bovenop doet. Voor de uitbraak van corona zei ze al dat het hoger onderwijs dit nodig heeft.
Eerst plan indienen
Het meeste geld gaat naar het primair, voortgezet en speciaal onderwijs. Basisscholen krijgen gemiddeld 180.000 euro om leerlingen te helpen, terwijl het middelbaar onderwijs gemiddeld 1,3 miljoen euro per school krijgt. Scholen moeten eerst een plan indienen, voordat ze geld krijgen. Het is volgens verantwoordelijk minister Arie Slob niet nodig scholen op te roepen hun reserves hiervoor aan te spreken, 'want dat doen ze al'.
Beluister ook | 'Opening scholen kan tot chaos leiden'
Leraren
Leraren mogen mede bepalen hoe het geld wordt uitgegeven. Opties zijn onder meer zomerscholen, bijlessen en weekendscholen. Verder kunnen er extra vakleerkrachten, onderwijsassistenten en ander ondersteunend personeel worden aangetrokken. Ook kunnen scholen het geld gebruiken voor 'sociaal-emotionele ondersteuning', zoals maatschappelijke hulp. 'Met een Nationaal Programma doen we er alles aan om de jongste generaties in ons land dezelfde kansen te bieden als de generaties die zonder pandemie naar school gingen', aldus Slob.
Financiële ademruimte
Om studenten in het mbo en hoger onderwijs 'financiële ademruimte in deze moeilijke tijd' te geven, hoeft volgend jaar maar de helft van het collegegeld te worden betaald. En er komt een vergoeding voor studenten die het recht op de basisbeurs of aanvullende beurs dreigen kwijt te raken. Ook kunnen studenten binnen hun instelling ondersteuning krijgen als ze bijvoorbeeld kampen met een burn-out of depressie. Verder gaat er 162 miljoen euro naar het hoger en wetenschappelijk onderwijs om onderzoekers te betalen. Daarmee moeten de arbeidscontracten van 20.000 jonge wetenschappers worden verlengd.