Column Bert van der Veer | Malieveld
Je kunt het volgende week wel schudden als werknemer bij Omroep Max als je niet de bus naar Den Haag neemt. Ik hoop zo dat het niet ook nog regent als zich een ontluisterend klein groepje demonstraten verzamelt op het Malieveld.
Maar het zijn niet alleen de omroepmedewerkers die geacht worden in het geweer te komen tegen nog meer bezuinigingen bij de publieke omroep. Het past de deskundige (en laten we wel zijn: ik ben uw BNR-tv-deskundige) niet te twijfelen. Maarten van Rossum bijvoorbeeld, die twijfelt nooit. Maar ik weet het niet meer. In een overvloed van maatregelen en ideeën ben ik ergens de weg kwijt geraakt.
Voor de zeker- en duidelijkheid: ik ben een groot voorstander van een sterke, veelzijdige, inhoudelijke, creatieve publieke omroep. Het beste dat ik de afgelopen week zag kwam van de publieke omroep. De dramaserie Penoza, die documentaire over de verdediging van Robert M., de satire van Koefnoen. Maar er is ook zo veel waarin de commerciële concurrentie ruimschoots voorziet of wat we geen moment zouden missen als het er niet was.
Frans Bauer op vakantie, Jan Smit op vakantie, de Postcodeloterij van Caroline Tensen, Ruben Nicolai met een nieuw quizje, een serie als Atlas bij de Avro. Zonder kijkcijferhits marginaliseert de publieke omroep hoor je wel. En dat is misschien ook wel weer waar. Ik verklaar mij dus tegen nog meer bezuinigingen. En tevens wil ik een wat andere publieke omroep. Daar ga ik op 9 oktober eens goed over nadenken.
Ik heb dus maar gezegd dat ik altijd zo misselijk word in een bus…