Limburg kijkt over de grens

Theo Bovens, gouverneur van Limburg, sprak donderdag bij Paul van Liempt uitvoerig over het internationale karakter van zijn provincie, met alle voor- en nadelen van dien.

"Mensen hebben natuurlijk last van Europa en de grens enzovoort", zegt Bovens naar aanleiding van het verkiezingssucces van de PVV in zijn provincie, "maar waar wij de Limburgers en Nederland van proberen te overtuigen, is dat je heel veel voordelen kunt hebben van de internationale ligging, en van het zijn van een internationale provincie."

De vele internationale contacten bieden volgens Bovens veel mogelijkheden voor bedrijfsleven en onderwijs. "Sectoren als life sciences, gezondheid, green port, logistiek, chemie: dat zijn allemaal sectoren die internationaal van belang zijn. En dan zijn contacten met de grootste technische universiteit van Europa, die in Aken ligt, of met Leuven, of met Luik, waar de grote bèta-faculteiten zich bevinden, voor ons volstrekt natuurlijk. Die liggen bij ons op fietsafstand."

Samenwerking
Nu in Nederland het plan is opgevat om provincies samen te voegen tot 5 'landsdelen', ligt het volgens Bovens voor zijn provincie dan ook meer voor de hand om voor samenwerking over de grens te kijken dan zich alleen op Nederlandse fusiepartners te richten. "Als je nu kijkt waar wij binnen Nederland de meeste relaties mee hebben, dan is dat uiteraard met Zuid-Oost-Brabant en een deel van het gebied van Gelderland tot aan de Waal. Als je kijkt naar waar wij economisch mee samenwerken, dan is dat ook grensoverschrijdend. Dan kun je het niet met een Nederlands landsdeel alleen af." Zo heeft Limburg van doen met Noordrijn-Westfalen, Wallonië en Vlaanderen.

Limburg vormt volgens Bovens economisch gezien één regio met Belgisch Limburg en een deel van Noordrijn-Westfalen. Hij is dan ook niet te spreken over het 'landsdelen'-plan. "Ik denk dat de oriëntatie die men nu kiest op vijf landsdelen, ook weer een echt vanuit Den Haag kijken naar de inrichting van het bestuur is."