Hoe taal invloed heeft op migratiebeleid
Dweilen met de kraan open, een tsunami van Oost-Europeanen, Polentoppen. Taalgebruik heeft een aanwijsbare invloed gehad op migratiebeleid. Dat zegt Mark van Ostaijen, die vrijdag 23 juni promoveert op zijn onderzoek aan de Erasmus Universiteit Rotterdam.
Hij onderzocht hoe de Europese Commissie en Nederlandse overheden tussen 2002 en 2014 spraken over het begrip 'free movement'. Waar in Brussel werd gesproken over mobiliteit, had men het in Nederland over migratie: 'Die woordkeuze laat zien dat wij iemand die uit Polen naar Nederland komt als migrant zien, terwijl deze in Brussel wordt gezien als een mobiele werker', aldus Van Ostaijen.
'Als je spreekt over een tsunami, of dweilen met de kraan open, dan moeten de dijken worden opgehoogd en staat het water je aan de lippen. Die taal heeft geleid tot een repressief en preventief beleid.'
Een waardeoordeel wil Van Ostaijen hier niet over geven. Volgens hem is het logisch dat politici de woorden kiezen die het beste passen bij wat ze willen bereiken: 'Als politicus ben je eigenlijk een taalkunstenaar. Met taal probeer je de werkelijkheid te vormen. Het liefst in lijn met je ideologische achtergrond, om zo legitimiteit te creëren voor het beleid.'

Wetenschap Vandaag
Over diepzeediertjes die broeikasgassen eten, immuuncellen die zichzelf opofferen en de zoektocht naar planeten. Over de nieuwste medicijnen, zonnecellen en sensoren. Kortom: hoe werkt de wereld om ons heen en hoe kunnen we hem nog beter maken?